Einde in zicht
Erg goed verliep "Dieren" tot dusver niet voor mij, maar ik had de stijgende lijn enigszins te pakken. Waar veel jeugdspelers in het toernooi uitblonken, deden wij dat niet. Ewood, toch iemand waar je iets van zou verwachten, had veel moeite met winnen, terwijl het verliezen hem makkelijker afging. Hetzelfde gold voor Henk. Tegen de op papier zwakkere jeugdspelers kwam hij niet verder dan remise, tegen Reinderman werd hij probleemloos van het bord gezet. En wat te denken van Lenaard, die in een voor hem lage groep slechts in de middenmoot stond? Gelukkig deed Large het dan wel goed. Na een eenvoudige overwinning in de eerste ronde speelde hij drie keer remise tegen (wat) sterkere spelers en won hij bovendien nog een partijtje. Hij kon op zijn rustdag nagenieten van zijn toernooi, voor mij was het een welkome onderbreking van het toernooi...
Ster van het toernooi was Anus, die eerst Erwin l'Ami in een iets betere stelling van het bord schoof. Het leek wel alsof Erwin achter de witte stukken zat, zo soepel ging het. Vervolgens moest HSG-maatje Freezo het 15-jarige schaaktalent afstoppen. Ook dat lukte niet. In een Siciliaan was zwarts aanval sneller. Zodoende had de jongste grootmeester ter wereld als enige nog de volle 100 procent gescoord en werd hij geïnterviewd. Zelf keek ik nog een beetje mee bij de analyse, ik was immers toch snel klaar.
Zondag 26 juli
Op de rustdag was het mOnStErTjE jarig. Ik feliciteerde haar maar met een e-mailtje. De rest van de dag heb ik weinig schokkends gedaan, behalve dan het voorbereiden op Bram of Squares.
Maandag 27 juli
Relaxed zat Large bij zijn bord. Hij zat vlakbij de omheining, die het speelveld van de open groep afscheidde van het gangpad. Hier zou hij spelen tegen zo'n Vovk, een buitenlandse grootmeester van zijn leeftijd. Hij had er zo te zien wel zin in.
Ewood wilde ook wel eens winnen. Hij had wit tegen Koen Lambrechts en hoopte er maar het beste van. FM Henk speelde tegen Danny de Ruiter. Ook hij had wel eens zin in een puntje, maar met zwart blijkt dat toch lastig te zijn. Zelf speelde ik tegen Bram van der Velden, een ex-jeugdspeler die enkele jaren geleden ernstig ziek was. Hij speelt met wit meestal 1.d4, wat lekker scoort tegen jeugdspelers. In 2005 verloor ik al van hem en ik wilde dat niet nog een keer laten gebeuren.
Ik speelde dan ook een beetje een remisevariant, namelijk 1.d4 Pf6 2.c4 e6 3.Pc3 Lb4 4.Dc2 d5 5.cxd5 Dxd5 6.Pf3 Df5. Wit ontweek dameruil met 7.Db3, maar dan heb je ook niet echt veel met wit. Na 7... Pc6 8.h3!? speelde hij hetzelfde idee als in de partij Anand - Kramnik. Gerichte studie van die partij had me deugd gedaan, want ik speelde niet op m'n best verder. Ik voelde me al een beetje een Kramnik en alleen dat al beviel me niet. Aanvankelijk maakte ik me nog weinig zorgen, want ik zou het niet als een Kramnik spelen, maar hij ook niet als een Anand. Ik besloot echter iets actiefs te doen met 8... Pe4?!, maar toen dat werd opgevangen stond ik opeens een tik minder. Misschien was de boel te verdedigen, maar dan moet je niet dit doen:
Wit heeft zojuist 23.Thc2 gedaan, om een keer c4-c5 te kunnen doorzetten. Dat had ook meteen wel gekund: 23.c5 a5 24.Ld2! dxc5 25.Lf4 cxd4 26.Lb5+ Kd8 27.Td1!, om maar iets te noemen. De torens staan erg kwetsbaar. Na een zet als 23... Pe8 had ik me misschien nog kunnen verdedigen, na 23... La6? verloor ik een kostbare pion. :( Om het nog erger te maken gaf ik meteen daarna nog een kwaliteit weg door een vorkje te missen. Hoe uit vorm kun je zijn?
Ondertussen had Large die Vovk keihard in de pan gehakt. In het Siciliaans kon hij gebruikmaken van een paardoffer op d5. Ik heb geen idee of dat wit goede compensatie voor het stuk moet geven, of dat wit het stuk geforceerd kan terugwinnen, of dat het dan al volledig uit is. In de praktijk scoort wit er in ieder geval goed mee. Een aardige partij is Robin Oscar - Grisha Kodentsov, waar Bobbin zijn derde IM-norm scoorde. Kodentsov is een rasaanvaller, dus waarom hij dan zo'n offer moest toelaten begrijp ik niet. Tijdens dit toernooi zag ik hem een partij analyseren tegen Roi Miedema. Hij had FM Toptalent met zwart volledig in de touwen, maar een wanhopige tegenaanval resulteerde opeens in mat. Later hoorde ik hem zeggen dat hij vooral tegen de zwakkere tegenstanders punten liet liggen...
Hoe dan ook, Large had fraaie compensatie en toen zwart een paar matige zetten deed, werd hij keihard toegetakeld. Trillend als een rietje wachtte de jonge grootmeester op de mokerslagen die zouden worden uitgedeeld. Dat was Large's eerste grootmeesterscalp!
Niet lang daarna zag ik de partij in een analyse staan. Inmiddels heeft de partij ook al zijn weg naar de databases gevonden.
Behalve mijn nederlaag voelden de remises van FM Henk en Ewood ook als een nederlaag. FM Henk kreeg eigenlijk nergens een poot aan de grond en berustte na 34 zetten in remise. Ewood was langer bezig. Veel langer. Hij had ergens kunnen winnen, zo vertelde hij, maar hij speelde een andere zet, waarna zwart opeens een acceptabele verdediging had. Hoewel Koen L het niet altijd even handig verdedigde (hij offerde een pion, hoewel dat niet nodig was), was Ewoods voordeel nog te klein om te winnen. Beter zijn, maar niet winnen, het begon een vervelend verhaal te worden.
Dinsdag 28 juli
De laatste kans om er nog wat van te maken dit toernooi: ik speelde met wit tegen Luc Zimmermann, een tamelijk zwakke deelnemer. Hij had de ronde daarvoor een remise gered tegen Wouter Roggeveen uit een hopeloze stelling: met nog vier seconden op de klok en een stuk minder was er natuurlijk weinig hoop meer, maar toen laatstgenoemde besloot wat schaakjes te geven in plaats van een toren te redden, kwakte wit zijn toren tussen de schaakgevende dame en stonden er opeens twee stukken in. Het ging meteen gepaard met een remiseaanbod, wat teleurgesteld werd aangenomen.
Jammer genoeg kon ik geen partijen van hem vinden van het toernooi. In mijn database vond ik wat partijen uit 1999, dus besloot ik me daar maar op voor te bereiden. Zowel tegen het Spaans als het Frans had ik wat moois voorbereid. Blijkt die "Timmermans" [1] opeens 1... c5 te spelen... Dan maar Najdorf met 6.a4, hoewel dat niet zo veelbelovend is, maar je moet wat. Hij speelde het vervolgens slecht, want hij gaf me een enorm goede stelling. Desondanks bood hij op zet dertien remise aan, maar dat wilde ik natuurlijk niet.
Stelling na 14... b6
Hier deed ik 15.Ph4, profiterend van de penning van de f-pion. Zwart kan met 15... Pxe4 16.Pxe4 Lxh4 17.Pxd6 zijn zwakke d-pion ruilen, maar door de penning op de d-lijn blijft hij slecht staan. Er volgde echter 15... Pc5 16. Lxc5 Txc5 17.Pf5 Te8 18.Pd5!? Pxd5 19.Txd5 Txd5?! 20.Dxd5 en ik had eigenlijk alles wat een schaker zich maar kan wensen: een mooi paard tegen een zwakke loper en ook nog eens veel zwakke pionnen bij zwart.
Het winnen van zo'n stelling is echter een ander verhaal, want hoe forceer je ergens een doorgang? Mijn tegenstander was bovendien in tijdnood, dus dacht ik dat de grootste kans van slagen was als ik in zijn tijdnood de stelling ging open rammen. Nou, echt succesvol was mijn plan niet, want dit was de stelling na de veertigste zet:
Stelling na 40... De5
De situatie was niet verbeterd en bovendien had m'n tegenstander er weer een uur bij gekregen. Het eindspel na 41.Dxe5 dxe5 leek me nog steeds gunstig: 42.Pc3 Le7 43.Td7 Lf8 44.Pd5 Tc6. Maar hoe win je dat nou? Ik zag dat zwarts loper ondertussen ook weer actief kon worden; er staat geen obstakel meer op d6. Nu kon het ding naar c5, waarna ik het niet meer zo zonnig inzag. Waarschijnlijk was hier 45.Te7 f6 nog steeds prima, maar ik koos 45.Pe7+? Lxe7 46.Txe7. Dit eindspel leek me nog ietsjes beter voor mij, zeker na 46... f6. Helaas is 46... Tc5 ook nog mogelijk, waarna het nog steeds niet makkelijk te winnen is. Zwart deed echter 46... Te6!?
Eerst geloof je niet in zo'n zet. Wit hoort makkelijk te winnen na 47.Txe6 fxe6 48.Kg2 Kf7 49.Kf2 Ke7 50.Ke3 Kd6 51.Kd3 Kc5 52.Kc3 en 53.b4 komt. Maar zwart heeft beter: 51... Kc6! 52.Kc3 Kc5. Nu zag ik het pionoffer 53.b4+ axb4+ 54.Kb3, maar dan maakt opeens 54... Kd4! remise. Dat was wel een schok. We hebben dus een lesje "corresponderende velden": b2, c2, d2 en d3 correspnderen met zwarts c6 en d6. Wit kan zwart niet in verlegenheid brengen: remise!
Daarom deed ik maar 47.Ta7, maar was de winst ver weg. Ik probeerde nog een beetje een alles-of-niets-poging:
Stelling na 57... Ta3+
Hier is 58.Kf2 natuurlijk remise, dus deed ik het gewaagde 58.Kd2!? Txg3 59.Kc2 Ta3 60.Kb2 Ta5 61.Kb3 f6!? Hier lijkt 61... f5 logischer, maar zwart heeft - denk ik - goed gezien dat de g- en h-pion gevaarlijker zijn dan de e- en f-pion. 62.Kb4 Ta1 63.Kb5 g5 64.hxg5 fxg5 65.Te6. Objectief gezien staat zwart misschien beter, maar echt heel hard lopen zijn pionnen niet door. Ik meende altijd nog remise te kunnen maken. Dat had zwart ook kunnen doen.
Hier deed zwart 73... h2, wat op een winstpoging lijkt. Na 74.e5 moest hij echter remise houden met 74... Tb1+. Na 74... Kg2? 75.e6 won ik alsnog: 75... h1D 76.Txh1 Kxg1 77.e7 eindelijk! 77... g3 78.e8D Txa7 en opgegeven. De winst is niet moeilijk meer.
Daar had ik voor gevochten... Pas om zeven uur konden we weer naar huis. FM Henk en Ewood hadden allebei het slot gezien en kwamen te pas en te onpas met versterkingen van het spel van beide partijen. Zelf had ik er geen moeite mee als zwart uiteindelijk de remise had gevonden. Ik had immers alles geprobeerd.
Dat zullen Henk & Ewood ook wel hebben gedaan. FM Henk won knap van Die Mitri van Leent, terwijl Ewood, ziek en half onder narcose door de pijnstillers, vrij hard verloor van een Indiaans meisje. Zij sloot het toernooi echter prima af met nog twee overwinningen op David Klein en Marijn Otte. Helemaal beduusd kwamen de twee jongens elkaar tegen. Zelden waren ze zo hard van het bord gezet.
Na afloop was Ewood erg kortaf. Ik was benieuwd naar welke opening hij op het bord had getoverd, waarna hij snauwde dat het "open Spaans" was. Opmerkelijk, want zwart was lang gerokeerd... We gingen maar eten, waarna ik me nog wilde voorbereiden om de volgende tegenstander van het bord te vegen. Toen kwam de aap uit de mouw: ik speelde tegen Ewood...
Twee scalpen in twee dagen
Door al dit geweld zou ik bijna nog Larges zege op Freezo vergeten. Freezo was in tijdnood en tot overmaat van ramp had hij zijn eigen koningsstelling volledig opgeblazen. Voor Large was het een koud kunstje om de scherven bij elkaar te vegen, waarna hij opnieuw een puntje mocht laten bijschrijven... Als je eenmaal in een flow zit, dan lukt opeens alles, had ik het idee.
[1] Mijn pa zei tijdens het eten: "Jij speelt tegen die Timmermans!" Ah, Mark Timmermans, daar had ik in 2005 tijdens de JCC tegen gespeeld. Dat zou niet gemakkelijk worden...
Gerelateerde artikelen:
Dieren 2009 ronde 4 en 5; 10-08 2009
Geen opmerkingen:
Een reactie posten