Sneeuw
Voor de verandering een oud artikel. We gaan bijna een week terug in de tijd, toen de winter zich nog niet gewonnen had gegeven. Ik had tentamenweek, die dinsdagochtend al begon.
Om kwart voor negen had ik een tentamen van Ruimtelijke Economie. Ik besloot om nog vroeger dan anders op te staan; je kan beter te vroeg dan te laat komen. Ik zag het al helemaal voor me: lekker met de rechtstreekse trein en dan in het hoofdgebouw op de tweede verdieping op een monitor kijken waar het tentamen was. Dit moest, omdat die economische apen zo bijdehand waren om het tentamenlokaal niet te vermelden op internet.
Ik wist gelukkig hoe ik me kon "redden". Helaas bleek eens temeer dat treinen en sneeuw niet goed samengaan. Het was weer eens een grote puinhoop, met warrige omroepberichten. De vertrektijden klopten voor geen meter en ik vroeg me af of ik nog wel in Amsterdam zou komen.
Opeens kwamen de mensen in beweging. Achter m'n rug was een trein richting Amsterdam op het spoor richting Utrecht geslopen. Zo liep ik weinig vertraging op, tot mijn niet geringe opluchting.
Toen ik in Zuid uitstapte, kon ik ook nog gauw in de metro stappen. Wat een mazzel! Ik kwam nog een studiegenoot tegen en samen liepen we naar de eerder genoemde monitor.
De monitor gaf weinig aan. Het aantal onbezette computers en verder nog wat tentamens van de donderdag ervoor. Maar toen opeens... Toen stond het er. De economietentamens waren allemaal in de Rai. Het leek wel een slechte grap.
Niet iedereen werd op deze manier verrast. Sommigen hadden een of ander vaag linkje onderaan het tentamenrooster gezien en anderen hadden gegoogled. Met nog een paar andere slachtoffers liep ik terug naar het station, om weer richting Rai te gaan.
Ik was nog nooit in de Rai geweest. In mijn econometrietijd waren de tentamens altijd in grote collegezalen of in de TenT, een ongezellig blauw hutje waar tentamens worden afgelegd. In ieder geval niet in de Rai. Blijkbaar hadden de econoompjes een tekort aan zalen, maar om dan de Rai af te huren... Het zal de Faculteit Economische Wetenschappen En Bedrijfskunde best wel een rib uit het lijf gekost hebben.
Hoe dan ook, het was al tegen negenen aan het worden. Een ding uit mijn econometrietijd irriteerde me altijd al mateloos: die tentamens. Het massale gedoe in de Rai maakte het er niet beter op. Iedereen moest zijn jas en tas afgeven bij de garderobe, wat erg veel tijd kostte. Het tentamen begon daardoor ruim na negenen, of misschien beter gezegd: ik kon pas na negenen beginnen. Zeker omdat ik mijn plek niet direct had gevonden. Je hebt namelijk een vaste plek; bepaald op alfabetische volgorde. Ik moest daardoor steeds op alle tafels kijken naar een papiertje waar een naam in hele kleine letters opstond. En dat terwijl de meesten al bezig waren...
En dan die registratie tijdens het tentamen. Ben je net geconcentreerd aan het nadenken hoe je een vraag gaat beantwoorden, staat er zo'n gast voor je neus die vraagt om je studentenpas en een krabbeltje. Waarom ze dat niet aan het eind doen...
Na een uur of half elf vond ik het wel genoeg geweest. Ik had m'n antwoorden toen wel genoeg gecheckt. Hoe eerder ik thuis was, hoe beter; er wachtten nog meer tentamens.
Woensdag
Woensdagmiddag had ik een tentamen van het vak Dynamiek van het Historisch Landschap of iets wat erop lijkt. Ik had ongeveer hetzelfde gevoel als tijdens mijn schoolexamens/eindexamen Kunstgeschiedenis: ik begreep de meeste vragen niet of half. Ik probeerde het tentamen naar vermogen in te vullen. Achteraf hoorde ik dat iedereen het moeilijk vond. Je moest ook drie boeken leren voor dat vak en die docent vroeg de gekste details.
Vrijdag
Op vrijdag had ik het vak Natuur, Leven & Techniek 2, beter bekend als Natuurkunde. Het is een vak om mensen die op de middelbare school geen natuurkunde hebben gehad een beetje bij te spijkeren. In enorm lange blokken van vier uur college hield een oude man een tergend langzaam inconsistent verhaal (dat gold vooral voor het eerste deel van het vak, dat beter bekend staat als Scheikunde.)
Gewapend met vreselijke Amerikaanse sheets kon de leraar een verhaal houden dat vaak nog aan alle kanten rammelde. Er kwamen wel veel dingen aan bod die ik met Natuurkunde nooit gehad heb. Misschien kwam dat door de docenten op het Goois, misschien was het in min tijd gewoon geen VWO-stof. Daarbij komt dat ik alleen Natuurkunde 1 heb gehad.
Het tentamen was - mijns inziens - niet zo moeilijk. Ik kwam er op de terugweg in de trein nog achter dat ik bij een berekening niet de constante had gebruikt die bij de vraag was gegeven, maar dat ik de som had opgelost met een formule die op een formuleblad (dat gewoon gebruikt mocht worden; 5 A4'tjes met vertalingen, formules, constantes, noem het maar op.)
Ik ging de berekening narekenen, waarna ik erachter kwam dat ik hetzelfde had gedaan, maar dan nauwkeuriger. Wel vaag dat die constante niet was afgeleid uit de meegeleverde formule, maar wat boeit het.
Ik vulde het evaluatieformulier nog in, waarin ik wat suggesties probeerde te doen. De vorige keer kraakte ik die hele cursus met alles d'r op en d'r an* af. Dit keer had ik me best netjes ingehouden, vond ik. Hier kunnen ze echt wat mee. xD
Dit was dus een unieke beschrijving van mijn tentamenweek. Ik hoop dat jullie het leuk vonden.
* Favoriete uitspraak van de docent
Gerelateerde artikelen:Excursie; 12-10 2007Openbaar vervoer; 12-09 2006
Voor de verandering een oud artikel. We gaan bijna een week terug in de tijd, toen de winter zich nog niet gewonnen had gegeven. Ik had tentamenweek, die dinsdagochtend al begon.
Om kwart voor negen had ik een tentamen van Ruimtelijke Economie. Ik besloot om nog vroeger dan anders op te staan; je kan beter te vroeg dan te laat komen. Ik zag het al helemaal voor me: lekker met de rechtstreekse trein en dan in het hoofdgebouw op de tweede verdieping op een monitor kijken waar het tentamen was. Dit moest, omdat die economische apen zo bijdehand waren om het tentamenlokaal niet te vermelden op internet.
Ik wist gelukkig hoe ik me kon "redden". Helaas bleek eens temeer dat treinen en sneeuw niet goed samengaan. Het was weer eens een grote puinhoop, met warrige omroepberichten. De vertrektijden klopten voor geen meter en ik vroeg me af of ik nog wel in Amsterdam zou komen.
Opeens kwamen de mensen in beweging. Achter m'n rug was een trein richting Amsterdam op het spoor richting Utrecht geslopen. Zo liep ik weinig vertraging op, tot mijn niet geringe opluchting.
Toen ik in Zuid uitstapte, kon ik ook nog gauw in de metro stappen. Wat een mazzel! Ik kwam nog een studiegenoot tegen en samen liepen we naar de eerder genoemde monitor.
De monitor gaf weinig aan. Het aantal onbezette computers en verder nog wat tentamens van de donderdag ervoor. Maar toen opeens... Toen stond het er. De economietentamens waren allemaal in de Rai. Het leek wel een slechte grap.
Niet iedereen werd op deze manier verrast. Sommigen hadden een of ander vaag linkje onderaan het tentamenrooster gezien en anderen hadden gegoogled. Met nog een paar andere slachtoffers liep ik terug naar het station, om weer richting Rai te gaan.
Ik was nog nooit in de Rai geweest. In mijn econometrietijd waren de tentamens altijd in grote collegezalen of in de TenT, een ongezellig blauw hutje waar tentamens worden afgelegd. In ieder geval niet in de Rai. Blijkbaar hadden de econoompjes een tekort aan zalen, maar om dan de Rai af te huren... Het zal de Faculteit Economische Wetenschappen En Bedrijfskunde best wel een rib uit het lijf gekost hebben.
Hoe dan ook, het was al tegen negenen aan het worden. Een ding uit mijn econometrietijd irriteerde me altijd al mateloos: die tentamens. Het massale gedoe in de Rai maakte het er niet beter op. Iedereen moest zijn jas en tas afgeven bij de garderobe, wat erg veel tijd kostte. Het tentamen begon daardoor ruim na negenen, of misschien beter gezegd: ik kon pas na negenen beginnen. Zeker omdat ik mijn plek niet direct had gevonden. Je hebt namelijk een vaste plek; bepaald op alfabetische volgorde. Ik moest daardoor steeds op alle tafels kijken naar een papiertje waar een naam in hele kleine letters opstond. En dat terwijl de meesten al bezig waren...
En dan die registratie tijdens het tentamen. Ben je net geconcentreerd aan het nadenken hoe je een vraag gaat beantwoorden, staat er zo'n gast voor je neus die vraagt om je studentenpas en een krabbeltje. Waarom ze dat niet aan het eind doen...
Na een uur of half elf vond ik het wel genoeg geweest. Ik had m'n antwoorden toen wel genoeg gecheckt. Hoe eerder ik thuis was, hoe beter; er wachtten nog meer tentamens.
Woensdag
Woensdagmiddag had ik een tentamen van het vak Dynamiek van het Historisch Landschap of iets wat erop lijkt. Ik had ongeveer hetzelfde gevoel als tijdens mijn schoolexamens/eindexamen Kunstgeschiedenis: ik begreep de meeste vragen niet of half. Ik probeerde het tentamen naar vermogen in te vullen. Achteraf hoorde ik dat iedereen het moeilijk vond. Je moest ook drie boeken leren voor dat vak en die docent vroeg de gekste details.
Vrijdag
Op vrijdag had ik het vak Natuur, Leven & Techniek 2, beter bekend als Natuurkunde. Het is een vak om mensen die op de middelbare school geen natuurkunde hebben gehad een beetje bij te spijkeren. In enorm lange blokken van vier uur college hield een oude man een tergend langzaam inconsistent verhaal (dat gold vooral voor het eerste deel van het vak, dat beter bekend staat als Scheikunde.)
Gewapend met vreselijke Amerikaanse sheets kon de leraar een verhaal houden dat vaak nog aan alle kanten rammelde. Er kwamen wel veel dingen aan bod die ik met Natuurkunde nooit gehad heb. Misschien kwam dat door de docenten op het Goois, misschien was het in min tijd gewoon geen VWO-stof. Daarbij komt dat ik alleen Natuurkunde 1 heb gehad.
Het tentamen was - mijns inziens - niet zo moeilijk. Ik kwam er op de terugweg in de trein nog achter dat ik bij een berekening niet de constante had gebruikt die bij de vraag was gegeven, maar dat ik de som had opgelost met een formule die op een formuleblad (dat gewoon gebruikt mocht worden; 5 A4'tjes met vertalingen, formules, constantes, noem het maar op.)
Ik ging de berekening narekenen, waarna ik erachter kwam dat ik hetzelfde had gedaan, maar dan nauwkeuriger. Wel vaag dat die constante niet was afgeleid uit de meegeleverde formule, maar wat boeit het.
Ik vulde het evaluatieformulier nog in, waarin ik wat suggesties probeerde te doen. De vorige keer kraakte ik die hele cursus met alles d'r op en d'r an* af. Dit keer had ik me best netjes ingehouden, vond ik. Hier kunnen ze echt wat mee. xD
Dit was dus een unieke beschrijving van mijn tentamenweek. Ik hoop dat jullie het leuk vonden.
* Favoriete uitspraak van de docent
Gerelateerde artikelen:Excursie; 12-10 2007Openbaar vervoer; 12-09 2006