28-02-2010

Olympische nachtmerrie


Vancouver

Twee weken lang werden we rond middernacht op de hoogte gehouden van de verrichtingen op de Olympische Winterspelen in Vancouver. Rare lui, die Canadezen. Gaan ze rond middernacht sporten, hoewel het daar dan nog licht is ook... Een sterke indruk maakten de Canadezen niet. Van het WK Hockey in India of het WK Voetbal in Zuid-Afrika hoef je weinig organisatorische hoogstandjes te verwachten. Maar Canada, dat is toch een heel ander verhaal?

Helaas ging het al mis voordat de Spelen begonnen. Ik laat het woord aan Ton Broekhuisen in zijn column in de Metro van 15 februari:

"Ook zo geschrokken van de beelden van de crashende Georgische rodelaar Nodar Koemaritasjvili? Met slechts een iel sleetje onder zijn billen schoot het 21-jarige talent vrijdag tijdens een olympische training met een snelheid van 140 kilometer uit de levensgevaarlijke rodelbaan - de steilste ter wereld - in Whistler. Snelheden boven de 150 kilometer zijn er geen uitzondering. Op een sleetje is dat nòg gevaarlijker dan seks zonder condoom met Kim Holland. Deze rodelbaan sméékt om doden. Een smeekbede die vrijdag helaas werd verhoord. Nadat Nodar de macht over zijn slee verloor, werd hij als een kiezeltje het luchtruim in geslingerd. Slechts een stalen balk voorkwam dat hij de rest van zijn leven in een baan om de aarde zou cirkelen. Zònder slee.

José Feliciano, Ray Charles, Stevie Wonder: mijn bewondering voor blinden is groot. Maar om nu uitgerekend de steilste rodelbaan ter wereld door een blinde sadist te laten ontwerpen gaat me te ver. Vooral zó gezien, zijn de beelden schokkend. Zelfs mijn nichtje van twee jaar zou de plek waar Nodar crashte, hebben omzoomd met strobalen of vangnetten. Nu stond er echter een rij ijzeren balken. Op een ervan sloeg Nodar al na een meter kansloos te pletter. Een drama om snel weg te poetsen. Wat ingestudeerde blijken van medeleven volstonden om Vancouver 2010 'gewoon' groots af te trappen. Niet àl het geld hoeft tenslotte naar Haïti."

Hoewel het de Canadezen was gelukt een buitengewoon snelle en lastige Bobsleebaan te maken, hadden ze met één klein dingetje geen rekening gehouden: de veiligheid.

Na dit drama kwam het gedoe met de ijsdweilmachines. Vanwege sponsorverplichtingen had de organisatie zich met ijsdweilmachines van een slecht merk in de maag laten splitsen. Wikipedia verwoordt het als volgt:

"De schaatswedstrijd [500 meter] werd door defecte ijsdweilmachines vertraagd met ruim drie kwartier. Van de twee dweilmachines was er maar één operationeel. De organisatie werd nog eens voor schut gezet, toen bleek dat een derde machine, die het euvel zou moeten verhelpen, verkeerd ingesteld was. Na dreigementen om de schaatscompetitie te staken, werd besloten om een machine uit Calgary over te laten vliegen. De problemen werden waarschijnlijk veroorzaakt door mankementen in de elektrische systemen. De organisatie werd bekritiseerd  omdat het niet de gebruikelijke ijsdweilmachines gebruikte (van het merk Zamboni), maar de milieu-vriendelijkere elektrische machine van het merk Olympia, die geleverd werden door een hoofdsponsor."

Dat krijg je ervan als je eigenwijs bent. Overigens was de schaatsbaan een van de weinige plekken in de directe omgeving waar ijs lag. Terwijl de winter in Nederland nog wel ergens op leek, was de winter in Vancouver, de plaats met het mildste klimaat van Canada, ver weg. Zelfs op de berghellingen lag amper sneeuw. Desondanks kon het Alpineskiën gewoon doorgaan. De kale Canadees Robbie Dixon probeerde in zijn "achtertuin" een mooie medaille op te halen. Dat leek goed mogelijk, want hij kende het parcours als zijn broekzak. Desondanks ging hij af als een gieter door als een clown naar beneden te skiën. Eerst nam hij een paaltje mee, vervolgens verloor hij bijna z'n evenwicht bij een hobbel en wankelde hij op één ski omlaag, waar hij uit de eerstvolgende bocht vloog.

"These were the Canadian Cowboys and they were led by Dixon and blossoming Canadian skiing star Manuel Osborne-Paradis. This was the mountain the pair tamed as kids. It is their backyard, the Olympics their dream, and this was their chance. They hoped to bring glamour back to Canadian downhill skiing. Much of Canada hoped right along with them. But glamour in this marquee event comes in the way of gold medals, and pursuing them was Canada's undoing. They went down guns ablazing."

(...)

"Dixon, however, admitted he cracked. But only after he was cracked in the head. He sheared the second gate on the course. It snapped back into his head, dazing him and starting a sequence of events which ended when he crash-landed into a snow fence."

Medaillespiegel
Daar konden de Nederlanders nog een puntje aan zuigen. Van de vijftien disciplines beperkte de Nederlandse inbreng zich tot slechts vier takken: het Bobsleeën, langebaanschaatsen, short-track en snowboarden. In deze disciplines moesten de medailles gehaald worden. Uiteindelijk moet Nederland in de medaillespiegel kijken, want een hoop plakken gingen door knullige missers verloren. Daar staat tegenover dat een aantal medailles onverwacht werden binnengehaald.

Voorafgaand aan de Spelen waren de Bobsleeërs hoopvol. Ze hadden de beste slee van het hele veld en dus zouden ze een gooi kunnen doen naar de medailleplaatsen. Probleem: ze moesten dezelfde levensgevaarlijke baan bedwingen als Nodar Koemaritasjvili. Hoewel een ongeluk uitbleef, maakte Van Calker weinig indruk door stuurfout op stuurfout te stapelen. Uiteindelijk moesten ze genoegen nemen met een 14e plaats. Kortom: een goede slee is fijn, maar zonder goede piloot heb je er nog niks aan. Geschrokken van zijn slechte runs hield van Calker de race voor de viermansbob maar voor gezien, zijn teamgenoten in verbijstering achterlatend. De dames deden het met een 8e tijd beter, maar het was bij lange na niet voldoende voor een medaille.

Over het short-trackschaatsen heb ik weinig gehoord. Slechts op de Estafette kwamen de Hollandse dames dichtbij het podium, individueel was een plaats in de top 10 al te veel gevraagd.

Het "echte" schaatsen is al jaren een "cash-cow". Desondanks kregen de Nederlanders fikse tegenstand. Er werden zeven medailles gepakt, waarvan zes individuele. Deze medailles werden nog vrij eerlijk verdeeld: iedereen won op maximaal één individuele afstand een medaille. Dat was vooral voor Sven Kramer een hard gelag, hoewel hij er niet echt om kon lachen. Voorheen was Vancouver al leuk omgedoopt tot "Svencouver", maar naast dat hij zichzelf bijna onder stroom zette na zijn gouden plak op de vijf kilometer, was hij op wel meer zwakke momenten te betrappen. Zijn 1500 meter leek nergens naar en juist toen hij op de tien kilometer een wereldrace reed, stuurde zijn coach hem de verkeerde baan in. Vervolgens moest hij met de ploegenachtervolging maar een medaille pakken, maar na een zwaar verprutste race tegen de Verenigde Staten, bleef er niet meer over dan het lelijke brons. Het brons werd gelukkig nog wel gepakt en wel in een Olympisch record. Het bewijs dat ze de halve finales grandioos hadden onderschat.
Typisch Nederlands.

Gelukkig waren er ook positieve verrassingen. Zo wonnen Mark Tuitert en Ireen Wüst een gouden plak waar geen hond rekening mee had gehouden. Van de "nobody's" behaalde Laurine van Riessen op de kilometer een keurige derde plaats. Aan de successen van Gerritsen (tweede op de 500 meter) en de Jong (derde op de 10 kilometer) zat een schaduwkant. Gerritsen ging op de 500 meter hard op d'r smoel en verspeelde daarmee mogelijk een fraaie klassering. Bob de Jong behaalde zijn derde plaats slechts door de diskwalificatie van Kramer. Anders was hij vierde geworden, zoals Margot Boer constant overkwam. De overige dames hadden bijzonder weinig in te brengen tegen het Olympische geweld. Een tegenvaller.

Een grote meevaller was daarentegen de gouden medaille van snowboardster Nicolien Sauerbreij. Als enige niet-schaatser lukte het haar na talloze knock-outwedstrijden haar tegenstanders te verslaan. Een zwaarbevochten medaille, zeker gezien de geschiedenis. In 2002 liepen haar Olympische Spelen helemaal in de soep doordat een Oostenrijker haar board met stroop had ingewaxt. Acht jaar later kon ze eindelijk revanche nemen. De mooiste Nederlandse medaille van "Vancouver", als je het mij vraagt.

Voetbal
Al met al scoorde Nederland acht medailles, vier gouden en drie bronzen. Opmerkelijk vind ik dat Nederland zich maar op zo weinig sportgebieden heeft weten te manifesteren. En alleen met schaatsen en snowboarden hebben we mensen die exceptioneel goed zijn. De overige sporten blijven behelpen. Zo ging ook het ook met het Nederlandse voetbal in de "Europa-League", het kleinere broertje van de Champions League, verkeerd. De nationale top 3 werd in één avond uitgeschakeld. Ajax verloor thuis met 1-2 van Juventus en kwam die klap niet meer te boven, ondanks dat ze in Turijn makkelijk standhielden tegen een zeer slap spelend Juventus. PSV had nog de meeste lol van de uitschakeling. Na een 1-0-uitnederlaag tegen HSV bleek een 3-2-zege onvoldoende voor lijfsbehoud. FC Twente droop met het schaamrood op de kaken af tegen Werder Bremen. Zoals zo vaak lieten de Tukkers een bar slechte wedstrijd volgen op een prima eerste wedstrijd. Ze begonnen zo scherp als een natte krant aan de wedstrijd en binnen de kortste keren had Bremen de 1-0-uitnederlaag ongedaan gemaakt. Uiteindelijk werd het 4-1, waar AZ over mee kan praten.

Om toch met de Olympische Winterspelen af te sluiten, de column van Ton Broekhuisen van 22 februari in de Metro: 

"Ria, wat bèn je toch een wereldwijf"

"Zo'n 3300 jaar na zijn dood is eindelijk bekend geworden waaraan de Egyptische farao Toetanchamon is bezweken. Na DNA-onderzoek stelde een team wetenschappers vast dat malaria - in combinatie met een gebroken been - het circa 19-jarige ventje fataal is geworden. Tevens kampte 'Toet' met misvormingen. Hij werd namelijk op zijn Urks verwekt: de vader en moeder van 'Toet' waren broer en zus.

Over de verwekking van de vrome koorknapen Jan Peter Balkenende en André Rouvoet wil ik niet eens nádenken. Ik stel slechts vast dat het zwalkende Nederland behoefte heeft aan krachtige leiders. En niet aan figuren die vanwege hun trieste uiterlijk, kille priemoogjes en egocentrische karakter gedoemd zijn zich te laten gelden door uit kleverige studieboeken opgedane kennis. Ik hoop dat de val van het kabinet de weg vrij maakt voor kérels. Types die in staat zijn om hun mening in te ruilen voor een betere. Van klaarkomen op je eigen stemgeluid, wordt geen land beter. Dat brengt me automatisch bij Mart Smeets. Onderstaand al wat fragmenten uit het onderzoeksrapport dat wetenschappers over 3300 jaar publiceren rond Vancouver 2010.

Dit waren de eerste Winterspelen ooit waarbij strandtemperaturen werden gemeten. De sneeuw moest overal vandaan worden gejat. Er lag alleen (schep)ijs in ijssalons. Wel régende het organisatorische miskleunen. Nòg steeds hangen alle bomen in een straal van tien kilometer rond Vancouver vol bobsleeën en rodelsleetjes. Jaap Jongbloed kwam zelfs met een special van Vermist: een uitzending die geheel in het teken stond van verdwenen bobsleeërs. Een te dikke ijdele commentator klaagde steen en been dat de schaatsers z'n zendtijd bevuilden. Desondanks slaagden hij en zijn twee èrg aanhankelijke tafelbijzitters Ria en Bart erin elke schaatsrit kapot te beredeneren. Dit op webcam-niveau. Enkele "hoogtepunten": Ria: "Kijk hier zie je dat beenritme omhoog gaan. Ik durf zelfs te stellen dat hij goud had gewonnen, als hij de snelste eindtijd had gehad." Bart: "Ik heb de beelden even vertraagd, en dan kun je meteen zien dat het een stuk langzamer gaat." Mart: "Vraag is - ook meteen voor de huiskamer -: heeft de beste gewonnen?" Dekselse vis op het droge Ria: "De beste van vandáág in ieder geval wel." Mart: "Ria, wat bèn je toch een wereldwijf."

Gerelateerde artikelen:
Sportberichten; 13-05 2008

26-02-2010

Negentiende-eeuwse offerpartij

VR

Afgelopen weekend logeerde VR bij ons. Hij zou eigenlijk moeten spelen voor Zevenaar, maar dat wilde hij niet. Het is jammer hoe het gelopen is met zijn carrière. In 2007 rondde hij een prima meesterklassejaar af met 6 uit 9, maar na de rare zomer van dat jaar ging het de verkeerde kant op. Ondanks alles behaalde hij in 2008 nog zijn derde en laatste IM-norm. Achteraf bekeken heeft dit hem denk ik geen goed gedaan. Zijn doel, IM worden, was behaald, dus was er ook geen noodzaak meer om nog veel te spelen. Dit jaar speelde hij in de derde klasse zijn potjes, maar de sociale druk werd hem te veel. Nu laat hij zijn kunsten zien in internetpartijen en in partijen zoals afgelopen weekend. In een vertrouwde omgeving is hij nog steeds in staat fraaie dingen te laten zien.

Zelf ben ik een aantal keren slachtoffer geworden van de aanvalsdrang van de jonge IM. Uit de losse pols werden pionnen geofferd, zoals dat in de negentiende eeuw gebruikelijk was. Ik denk zelfs dat we in de eerste partij een 21e-eeuwse evenknie hebben gemaakt van onsterfelijke partijen als de Immergrüne. Wie weet krijgt de partij nog een naam, of verbaast men zich in het jaar 2160 over het zwakke spel van de zwartspeler. Het enige wat een nominatie in de weg kan staan is dat de witte aanval was op te vangen. Aan de andere kant vind ik die antieke partijen wel stevig eenrichtingsverkeer en dat is bij deze wat minder.

In de partijen had ondergetekende gek genoeg steeds zwart. In de eerste twee partijen ging hij in een plotseling oplaaiende aanval ten onder, in de derde pakte hij nog een rare remise. Veel naspeelplezier! ;)








Gerelateerde artikelen:
Kramnik aan kop; 29-01 2010

15-02-2010

Als een roepende in een woestijn


Wet van Murphy

Na een groot aantal keren op de 17e van de maand te hebben gespeeld, speelde BSG vandaag, 15 februari, voor de Internetclubcompetitie tegen Terneuzen. Dit team stond eveneens aan kop met 6 matchpunten uit drie duels, maar belangrijker nog: zij hadden 40 bordpunten en wij 38½ en daar draait het allemaal om. Bij BSG speelde Ptr in de plaats voor mij. Ik heb niet gevraagd waarom ik buiten de basis ben gehouden, maar ik denk dat mijn hemeltergende gepruts van de afgelopen wedstrijd daar debet aan was. Ik snap het eigenlijk niet. Op Playchess speel ik - al zeg ik het zelf - best goed in 3+0-partijtjes, dus waarom het me met 3+3 niet lukt, weet ik niet. De spanning?

Chaos
De wedstrijd begon chaotisch. Ik zat rustig op Playchess naar een interessante match te kijken tussen Sergei Zhigalko en een mij onbekende Playchessheld. Kreeg ik opeens te horen dat Le, de teamleider, niet op Playchess kon komen. Hij zat op zo'n verrotte computer in het Denksportcentrum en blijkbaar werkte Playchess daar niet op. Het was inmiddels vijf voor half negen, vijf minuten voordat de match zou beginnen en ik kon ineens teamleider spelen. Ik moest ineens de indeling maken en die had ik niet even bij de hand. In plaats van het indeelschema op te zoeken, riep ik iedereen op om naar de toernooienkamer te gaan, om zodoende een toernooi te organiseren, net als Frans Peeters de vorige keer deed. En toen begon das elend...

Want opeens kwam Le online en hij nam mijn taken als teamleider weer over. Hij maakte een toernooi aan en voegde de spelers keurig toe aan de twee teams. Dat ging goed, totdat hij één speler van Terneuzen niet "zag". Het is een typisch Playchesseuvel dat ik met mijn vijf jaar Playchesservaring meerdere malen ben tegengekomen. Soms wordt een speler niet weergegeven, hoewel hij online is. Dat komt maar zelden voor, maar het is wel vervelend. Dat was nu ook zo. Iedereen zag dat "Eljo" (E. Roose) er was, maar Le helaas niet. Le besloot uiteindelijk het toernooi toch te starten, waarna die "Eljo" zichzelf handmatig moest indelen, maar dat was niet zo'n probleem.

Valse start
De andere drie partijen beginnen gewoon. BSG, dat nota bene uit speelt, maar de wedstrijd desondanks organiseerde, begon met zwart. VR had de taak Eljo te bestrijden, maar de wedstrijd kwam niet op gang. Pas nadat de andere partijen al tegen hun einde liepen, kwam VR in actie.
De te vroeg begonnen BSG'ers maakten echter een lelijke valse start. Allereerst ging Ptr koppie onder tegen Quutje (Q. Ducarmon), nadat hij steeds meer materiaal achter kwam te staan. Large verloor een pion en op het eind ook nog een toren tegen FM MF (M. Freeke) en tot overmaat van ramp verloor Ewood een remiseachtig toreneindspel van And again (J. Breukelman). Gelukkig won VR wel, waardoor de tussenstand na één ronde 3-1 was voor de reservebelgen.

Een oorzaak voor het slechte spel in de eerste ronde kan gevonden worden in het speeltempo, dat Le onhandig genoeg op 3+2 had gezet in plaats van de voorgeschreven 3+3. Maar zoals ik al eerder opmerkte: met 3+0 speel ik doorgaans nog betere partijen dan met dit gare speeltempo.

Echte chaos
In de tweede ronde mocht Ptr tegen Eljo en ook die partij werd pas heel laat gespeeld. VR zat al aan de cola voordat Ptr eindelijk aan spelen toekwam. Rare mensen. Wat is er nou zo moeilijk aan je tegenstander uitdagen? Zoals gezegd kwam VR niet verder dan remise tegen Breukelman. In een bekende Fransoos besloot hij al gauw zettenherhaling te nemen. En dat in een variant die slecht is voor zwart. Ewood bakte er in zijn eerste witpartij niet veel van en werd naar een nederlaag gespeeld. Large had een stuk geofferd tegen twee pionnen en kreeg meteen het stuk terug. Met twee pluspionnen zag ik het hoopvol in, maar toen ik eventjes niet keek had hij ineens verloren. "Dit was crap", merkte "Politeia" op. "We gaan verder in de meeting room", [sic!] zei hij en dus gingen we naar het meeting-point.

In het meeting-point speelde Ptr tegen Eljo en hij deed netjes wat meneer Elo van hem verwachtte, wat de tussenstand op 2½-5½ bracht. Vervolgens mengde Frans Peeters zich in de strijd. Hij verzocht iedereen om weer naar de "toernooien zaal" (hij blijft het verkeerd schrijven!) te gaan, waar het toernooi werd voortgezet. Nu werd het pas echt een chaos...

Er werd een nieuw toernooi gemaakt en dit keer werd wel iedereen ingedeeld. Het probleem was alleen dat er al twee ronden waren gespeeld. Dat was niet zo erg, want uit mijn ervaringen als TD weet ik dat je best uitslagen kunt invullen. Tenminste, dat kan met bijvoorbeeld een Zwitsers toernooi wel en ik neem aan dat dat met een Scheveningensysteem ook kan. Dus gewoon de uitslagen van de eerste ronden invullen en klaar is Frans.
Maar zo simpel was het niet. Volgens mij had meneer Peeters de teamindeling anders gemaakt dan Le, waardoor het schema weer in de war kwam. Ik probeerde via de chat nog informatie uit te wisselen, zonder daar ooit een reactie op te krijgen. Op de een of andere manier kregen de BSG'ers in de derde ronde opnieuw wit, een duidelijk teken dat de indeling niet deugde. Wel speelden ze tegen de goede tegenstanders, dat was al heel wat.

Spuit 11
BSG wist goed te profiteren van de ontstane chaos. VR knalde Quutje er krachtig af. Vervolgens redde Large zijn stelling met een kwaliteit minder en won Ptr opeens terwijl hij twee pionnen achter had gestaan. Zelfs Ewood won, wat betekende dat BSG de schade uit de eerste ronden plotseling ongedaan had gemaakt. Ongelooflijk.
Het was het moment dat onze "vrienden" uit Zeeland begonnen te zeiken. "Hoelang blijft een remiseaanbod gelden?", vroeg meneer Breukelman zich vertwijfeld af. Ik snap zijn probleem niet. Hij bood remise aan, dan wordt het aangenomen en dan is het weer niet goed. Large verweerde zich droogjes met het feit dat hij remise kreeg aangeboden terwijl hij aan zet was. Vervolgens merkte Eljo op dat er met de verkeerde kleur was gespeeld.

De kritiek op de toernooivorm werd steeds erger aan de kant van Terneuzen. Natuurlijk liep het vandaag van geen kanten, maar dat kwam door een euvel dat iedereen had kunnen overkomen. Dat het één keer misgaat wil niet zeggen dat het nooit meer voor herhaling vatbaar is. We hadden veel tijd en moeite kunnen besparen als het wel goed was gegaan. Wel hadden er dingen achteraf gezien anders opgelost kunnen worden, want nu leek het nergens op. Waarschijnlijk hadden we veel problemen kunnen oplossen als Le even was uitgelogd en daarna weer was ingelogd, of als we gewoon het oude toernooi hadden doorgespeeld, zonder naar het meeting-point uit te wijken.

Beslissing
De vierde ronde begon in ieder geval in etappes. Vooral FM MF zat flink te zeiken over de indeling. En dat terwijl ze de indeling hadden uitbesteed aan BSG en later aan de heer Peeters. Die antwoordde getergd dat FM MF de volgende keer zelf maar eens wedstrijdleider mocht zijn. ;) Vervolgens begon FM MF weer te brallen dat het "zoveel makkelijker is zonder techniek". Meneer Breukelman nam het vervolgens voor de heer Peeters op door te zeggen dat hij ons uit de brand hielp. De boodschap was duidelijk: BSG had er in de ogen van Terneuzen een potje van gemaakt. Reden temeer om die lui eens lekker van het bord te zetten.

Helaas verloor Ewood door een sterke vrijpion van Quutje, terwijl hij goed leek te staan. VR speelde uiteindelijk met de goede kleur tegen FM MF en stond comfortabel, toen de partij ineens werd herstart. De heren hadden de verkeerde kleur toegewezen gekregen en waren daarom maar buiten het toernooi om tegen elkaar aan het spelen, toen hun partij ineens gereset werd. FP beweerde dat hij vier keer om de uitslag van de partij had gevraagd. Le had gezegd dat ze bezig waren, maar blijkbaar had de TD het niet gelezen... La speelde opnieuw met wit en gebruikte dat witvoordeel om Eljo van het bord te schuiven. De stand was 7-7 en alles was nog mogelijk.

De resterende partijen werden weer in het meeting-point gehouden, ver weg van de gehate toernooi-indeling. "De achterlijke mensen die zo nodig in een toernooiformat moeten spelen en mijn avond verpesten", brulde FM MF. Ziek, dit soort mensen. Totaal geen dankbaarheid dat wij hun wedstrijd hebben georganiseerd. Nul verstand van computers en altijd maar klagen, klagen en zeuren. En verder ook geen oplossingen aandragen, behalve dat belachelijke gezeik over een handmatige indeling.

Terwijl Large voor de lol tegen Quutje zat te schaken, was FM MF weg. Uiteindelijk kwam hij er weer aan, waarna Le het maar een "soepzooitje" vond. Geen idee wat hij daar nou mee bedoelde. Ondertussen was Ptr bezig tegen Breukelman. Hij had een pion meer, maar wit had druk en zwarts koning stond slecht. Uiteindelijk verloor Ptr een dame en de partij. Tijd voor VR om er nog een gelijkspel uit te trekken. Hij stond goed in een soort Koningsgambiet, maar blunderde toen opeens raar een stuk weg. Meneer Breukelman vond het nodig om wat respectloze opmerkingen te maken over het niveau van de partij. Uiteindelijk verloor VR en trok hij zich de nederlaag heel erg aan. "Ik heb het verneukt", was zijn reactie. Daarmee was VR te hard voor zichzelf, want met 2½ punt was hij topscorer van de BSG'ers. Te veel BSG'ers waren hopeloos uit vorm en Terneuzen heeft terecht gewonnen. Ptr pakte opmerkelijk genoeg nog twee punten, Large 1½ en Ewood sloot de rij met nu nog maar één punt. De Zeeuwen scoorden allemaal drie punten, behalve Eljo.

Tot slot
Uiteindelijk was het een trieste dag, maar echt zorgen hoeven we ons nog niet te maken. We moeten gewoon veel bordpunten gaan pakken in de volgende wedstrijden. We staan 3½ bordpunt achter op Terneuzen, wat niet echt een comfortabele voorsprong is voor ze. Meer zorgen maak ik me om het belabberde niveau. Bij het zien van deze wedstrijd had ik het gevoel dat ik prima had kunnen meespelen en dat is geen goed teken. Na afloop sprak ik VR en Ewood nog. Ewood, die slechts één punt wist te vergaren - en dat tegen de enige speler die alles verloor deze avond - vond dat hij als een "blinde vink zonder ogen had gespeeld".

Laten we de volgende keer lekker een achteroverleunopening doen, de tegenstander het spel laten maken en dan wachten op een foutje. Doorgaans een succesvolle strategie met snelschaak, zeker ook omdat je minder kans hebt om stukken weg te geven. Het enige dat rest is een gunstige loting. De sterkste teams hebben we immers al gehad en met een beetje mazzel kunnen we weer een hoop bordpunten tanken tegen een wat minder goede tegenstander.

NB. De wet van Murphy houdt volgens Wikipedia in dat "Als er meer dan één manier is om een taak te doen en een van die manieren zal in een ramp resulteren, dan zal iemand het zo doen". Dit is echter niet de betekenis die de gewone man achter de computer eraan geeft. Die betekenis is meer in de trant van "Als het fout kan gaan, dan gaat 't ook fout. En als 't eenmaal fout gaat, dan gaat er steeds meer fout." En die laatste betekenis heeft betrekking op de zware schaakavond van vandaag. Werkelijk waar alles ging mis.

Gerelateerde artikelen:

14-02-2010

And the winner is... Jip!


Karten

Na een jarenlange afwezigheid op de piste, keerde Behirder gisteren terug op de kartbaan van meneer Coronel. Het leek me wel eens leuk om te karten. Een mooie gelegenheid daarvoor was de verjaardag van mijn vader. Zoals Ewood eens ietwat lacherig opperde, leek een "bedrijfsuitje van mijn pa's bedrijf" me wel wat. Helemaal leuk zou het zijn wanneer we een baan konden afhuren, zodat we met alleen bekenden konden racen. Zelf probeerde ik wat mensen uit te nodigen en ik hoopte dat m'n pa dat ook zou doen. In 2007 waren we met z'n zessen, dus als m'n pa nog iets van zeven maten kon uitnodigen, wat me gezien zijn passie voor slotracing niet heel gek leek, zouden we een baan kunnen afhuren.

Ik stuurde een mailtje naar een groep bekenden, maar een groot aantal zegde af. Hun reacties liepen uiteen van een bot "nee" tot "leuk, maar ik kan dan helaas niet. Een andere datum zou fijn zijn." :S Er waren nog wel meer ongelukkige factoren die meespeelden, zoals het Noteboomtoernooi en inhaalwedstrijden voor de KNSB-competitie. Anderen hadden weer een verjaardag, of wilden Valentijnsdag vieren. Bah, die uit Amerika overgewaaide commercie! Wisten jullie dat Valentijnsdag gemiddeld de koudste dag is van het jaar? Niet echt een romantische dag, zullen we maar zullen we maar zeggen. Meer iets voor de warmetruiendag, die rond deze tijd van het jaar is.

Belg
Ik dwaal af, terug naar het karten. M'n pa probeerde het te regelen, maar hij kreeg geen gehoor op zijn mailtje. Pas toen hij belde, kon hij twee heats reserveren. We zouden met z'n zessen zijn; m'n pa had een collega-slotracer uitgenodigd en ik had de witte en Rolex uit weten te nodigen. Rolex zou om 19:00 uur bij ons zijn, waarna we om 19:30 in Huizen wilden zijn. Opmerkelijk genoeg was Rolex precies op tijd en zaten wij nog te eten toen hij belde dat hij voor de deur stond (die bel bij ons is soms onhoorbaar of zo. :S) Daarna gingen we gauw naar Huizen, waar we in een leeg café stonden. De actie was op de baan te beleven. We schreven ons in en ik besloot als naam "Jip" op te geven. Gek genoeg was de witte er nog niet. We zouden om 20:00 uur rijden en het was inmiddels al 19:45. Alsof ik het had zien aankomen, had ik m'n mobieltje meegenomen en belde ik maar naar huis, of m'n ma de witte kon bellen. Net voordat we naar de kleedkamer gingen, kreeg ik het bericht dat hij het glad vergeten was. Echt weer iets voor een Belg... Hij was echter al onderweg, maar de eerste heat ging mooi aan zijn neus voorbij.

Eerste heat
We kwamen in de kleedkamer, waar ik zag dat de overalls waren vervangen door een vaag jasje. Misschien was dat de winteroutfit, aangezien toch iedereen een lange broek draagt. Ik had al meteen een Xtra-large jasje te pakken, waarna ik zocht naar een grote helm voor mijn grote hoofd. Ik vond een zwart-gele helm waar mijn hoofd precies in paste. Bovendien had het ding als één van de weinige helmen een vizier. 

De eerste heat kon me matig bekoren. Ik startte vanuit de middenmoot en ik zat constant in het verkeer. Ik had op internet nog naar wat tips en trucs gezocht om sneller te rijden, maar ik had er niet heel veel aan. Ik kon vaak niet lekker doorrijden en als ik dat een keer kon, dan maakte ik wel weer een stuurfoutje. Mijn snelste tijd was 36,85; niet echt iets om de loftrompet over te steken. Gek genoeg was Ewood, een beetje mijn referentiepunt, maar amper sneller (36,56), wat wel zal hebben betekend dat de omstandigheden zwaar waren. Er waren maar elf karts in competitie, maar voor m'n gevoel waren het er veel meer. De snelste acht deelnemers zaten trouwens binnen twee seconden van elkaar qua snelste tijd, wat wel een verklaring zou kunnen zijn dat iedereen op een kluitje reed. Overigens had ik na Ewood wel het hoogste gemiddelde, ik had geen grove fouten gemaakt.

Daarna moesten we even pauze nemen en keek ik onder het genot van een glas water toe hoe de anderen het deden. Daarnaast konden we de rondetijden bekijken. De snelste tijd die in onze heat was gereden, was een 36,12; niet echt een geweldige tijd. De snelste rijders in de heats voor en na ons wisten er geregeld een 34'er uit te persen. Opmerkelijk was dat Rolex al meteen een 40,06 reed. Hoeveel onze tijden voor verbetering vatbaar zijn, bleek wel uit de snelste tijden van de dag/maand. Zo reed "Race lijn mechanica"(:S) een tijd van 29,58 (!), maar gek genoeg stond die tijd slechts op één van de scoresheets. Met een opgevoerde kart gereden? De snelste tijd van de dag was volgens de tweede sheet 33,92. Ik heb de totstandkoming hiervan live meegemaakt.

Tweede heat
In de tweede heat startte ik ergens achteraan. Voor de start zag ik Rolex zwaaien. Hij kreeg zijn gordel niet vast, zo vertelde hij later. Gek genoeg merkten de baancommissarissen het niet op. Gelukkig loste hij het probleem zelf op.

Tot mijn verrassing kon ik in de tweede heat vrij veel ronden vrijuit rijden. Ik probeerde tijd te winnen bij het remmen, door de kart iets de bocht in te laten sturen bij het remmen. De ene keer lukte dat goed, de andere keer niet. Ergens in het begin van de race hoorde ik een enorme knal aan de andere kant van het circuit. Ik schrok er nogal van en ik hoopte maar dat het een kart was die naar de knoppen was gegaan. Dat was ook daadwerkelijk gebeurd, want ik zag bij de hairpin een verlaten kart staan. Tja, in bijna de helft van de races gaat zo'n ding wel kapot, schat ik zo. Zelf heb ik het ook eens meegemaakt. De motor ging gewoon langzaam uit. Deze motor nam minder geruisloos afscheid van deze wrede wereld. Vandaar dat karten zo duur is.

Snel
Pas in de slotfase kwam ik weer wat mensen tegen. Sommige lui slingerden over de baan alsof ze dronken waren. Helaas had ik niet het flauwste idee wie het nou waren. Ik heb niemand herkend. Toen de race was afgelopen, vertelde iedereen in geuren (Ewoud!) en kleuren over de race en hun inhaalacties op elkaar. Ik was wel af en toe iemand voorbijgereden, maar ik had dan niet in de gaten wie dat was.

Mijn aandacht ging blijkbaar meer uit naar het rijden. Ik vond dat ik in de tweede heat beter reed dan in de eerste heat. Ik had er wel vertrouwen in dat ik het beter had gedaan dan in de eerste heat. Niet tot mijn verrassing, maar tot mijn vreugde zag ik dat ik de snelste tijd had gereden. Ik was sneller dan de witte en Ewood, wat ik normaal niet ben. Hadden die tips dan echt gescheeld? Moeilijk te zeggen. In 2007 reed ik twee keer 35,19 en nu reed ik één keer 35,10. Wel had ik destijds vier heats tot m'n beschikking en vaak rijd je in de latere heats sneller. Dat bleek wel uit het feit dat ik in de tweede heat geregeld in de "35" wist te rijden, wat me in de eerste heat totaal niet lukte.
Nee, de reden dat ik nu sneller was, lag vooral aan de witte en Ewood zelf, die twee en een half jaar geleden stevig in de "34" wisten te rijden en nu niet. Maar misschien waren de omstandigheden nu wel moeilijker. Of beginnen de jaartjes bij hun te tellen?

Na afloop kreeg ik in ieder geval complimenten van de mensen met rijbewijs, die verrast waren over mijn optreden. Ons clubje zat qua tijden dicht bij elkaar: Rolex reed in zijn laatste ronde een nette 38,04 en zat daarmee dus binnen de drie seconden van mijn snelste tijd. Niet slecht!

We bleven nog een tijdje kijken naar het rijden van anderen. De pijn in m'n rechtervoet trok langzaam weg, waarna ik mijn armen begon te voelen. Tja, ik voel het dus al aan al m'n ledematen dat ik amper 24 minuten op lage snelheid heb geracet. Kun je nagaan hoe het is om formule 1-coureur te zijn! 

Een vergelijking van de beste tijden in 2007 en 2010:

Ewood 34,10 35,80
De witte 34,64 35,74
Jip 35,19 35,10

Tot slot nog een samenvatting van de tweede heat:

Dat was het dan weer! Zullen we in de zomervakantie weer gaan? ;)

Gerelateerde artikelen:
Karten; 29-08 2007

09-02-2010

Schaken, een echte teamsport


Fanatiek

Het schaakspel wordt vaak vergeleken met voetbal, wat op het eerste gezicht niet zo voor de hand ligt, omdat schaken een bordspel is, in tegenstelling tot het voetbal. Daarnaast is schaken natuurlijk een individuele sport en voetbal een teamsport. Toch is dit laatste verschil niet zo zwart-wit. De externe competitie is het voorbeeld van schaken als teamsport. Hoewel iedere speler zelf een partij speelt, gaat het uiteindelijk om het resultaat van het team. Dat deze teams op hoog niveau uit tien spelers bestaan, maakt de gelijkenis met de voetbalelftallen nog groter. En met voetbal speel je vaak ook de hele middag tegen één tegenstander, de man die je voorbij moet zien te komen of juist moet afstoppen. En dat is met schaken ook precies je taak, meer kun je niet doen.

Waar wil ik naartoe met deze inleiding? Eigenlijk naar de wedstrijd van afgelopen zaterdag. In die wedstrijd bleef het team van BSG, dat voornamelijk uit goedwillende amateurs bestaat, steken op remise tegen de amateurs van de Eenhoorn. Geen al te best resultaat volgens meneer Elo en ook geen resultaat dat bij onze ambitie past om weer meesterklasse te gaan spelen. Ik was er ook niet blij mee en met mij waarschijnlijk het hele team. Maar het was niet het einde van de wereld. Slechts één man was flink getergd, het was Leon Pliester.

In 2004 kwam hij bij BSG en tot vorig jaar gaf hij les aan de BSG-jeugd, waar ik ook tot behoorde. Tijdens die trainingen was ik onder de indruk van hoe zo'n meester nou werkelijk speelt. Als een soort wurgslang ging hij te werk en na ieder foutje van de tegenstander werd de greep weer iets sterker. Verbeten probeerde hij ieder minieme voordeeltje uit te melken tot een zege. In de jaren dat BSG 1 in de tweede klasse speelde, heb ik dat geregeld meegemaakt. Had zo'n tegenstander de hele partij goed weerstand geboden, ging hij er op het einde toch af. Ook redde hij geregeld halfjes in hopeloos lijkende eindspelen. Op die manier scoorde Leon veel punten in de lagere klasses. Altijd was hij in de volle concentratie met zijn eigen partij bezig, als een echte pro. En als echter pro verwachtte hij ook dezelfde instelling van zijn clubgenoten en in het bijzonder van zijn teamgenoten.

Het kwam daardoor geregeld voor dat hij woedend uitviel naar een speler die zich had laten beetnemen. De eerste keer dat ik dat meemaakte was in 2006, toen BSG in de laatste wedstrijd het kampioenschap kon binnenhalen als er werd gewonnen. We speelden tegen de Schaakmaat, wat nu Apeldoorn 3 is, een tegenstander die we moesten kunnen hebben. Maar een aantal spelers bij ons, waaronder ikzelf, was niet bestand tegen de druk. Al snel stonden we met 1-3 achter, wat door een tussensprint was veranderd in een 4-3-voorsprong. Toen was Emile nog bezig. Hij had een gewonnen stelling in één klap zien veranderen in een verloren stelling, maar hij vocht door, precies zoals Leon het gewild zou hebben. Net op het moment dat de verdiende remise binnen bereik was, miste Emile de juiste verdedigingszet, waardoor hij alsnog verloor. De euforie van het alsnog binnengehaalde kampioenschap maakte plaats voor een grafstemming. Leon Pliester was bikkelhard in zijn commentaar en hij gaf Emile de ene na de andere verbale dreun. Johan Hut schreef er het volgende over:

"De sterkste spelers fluisterden dat het een theoretische remisestelling was, de anderen begonnen stilletjes aan hun vreugdedansjes. Daarmee stopten ze abrupt toen Leon Pliester zich plotseling met een woedend gebaar van het bord afwendde en stampvoetend door de zaal begon te lopen. Wüstefeld had weliswaar een remisestelling bereikt, maar koos vervolgens de verkeerde methode. Toen hij de partij even later opgaf, dook Pliester direct naar voren om hevig tikkend op het bord aan te duiden wat Wüstefeld had moeten doen. Die begroef zijn hoofd in zijn handen, bleef nog minutenlang zo zitten en sloop toen stilletjes de zaal uit. Pliester kon er intussen niet over uit: "Dit eindspel laat ik niet eens aan mijn leerlingen zien, ik ga ervan uit dat ze dit weten.""

Johan Hut, Gooi- en Eemlander 26 april 2006

Afgelopen zaterdag was de recentste uitbarsting. Ik heb het niet heel bewust meegemaakt. Le schreef er het volgende over:

"In overleg met teamleider Edwin Baart besloot ik remise. Tijdens dat gesprek kwam Leon langs, die hevig met zijn armen zat te zwaaien en iets zei in de trend van "Er is maar 1 zet". Toen ik voor zettenherhaling koos viel Leon eventjes op de grond en er kwam een zwak hoog gilletje uit zijn mond. Hij excuseerde zich en verdween uit de speelzaal.

Toen ik vervolgens wilde gaan analyseren kwam Leon op me af lopen en uit een gevoel van boosheid en onbegrip wees hij me erop dat ik had moeten doorspelen. Ik wuifde het weg door te zeggen dat 'ie later in de analyse terug moest komen.

Hij kwam terug en was vrij fanatiek en zelfovertuigend aan het analyseren. Hij had een punt: ik kon risicoloos doorspelen, hoewel de stelling toch wel erg remiseachtig is. Maar ik vraag mij af of het wel zo agressief had gemoeten."

Trolshol, 7 februari 2010

In dit verhaal komen drie veelvoorkomende valkuilen tijdens teamwedstrijden voor. Dit zijn:

Agressie
Miscommunicatie
Informatie geven over andermans partij

Agressie
Naast de eerder genoemde voorbeelden, heb ik ook een keer te maken gekregen met Leons minder fijne kant. Het was tijdens de wedstrijd BSG - Voerendaal, precies een jaar geleden. Ik had 0 uit 4 gescoord en ik snakte naar een resultaat. Na een zet of 60 was ik als laatste bezig. We stonden met 2½-6½ achter en ik had inmiddels een eindspel dat remise moest zijn.


J de Groote - R Caessens, stelling na 60...Kd7 Hier overwoog ik 61.g4, maar ik durfde het niet aan, want ik kon toch niet goed op h5 slaan; dan zou zwarts zwakke pion op g6 immers zijn weggeruild. Wit moet dus vervolgen met g5, waarna wit makkelijk remise maakt. Ik meende dat ik met niksen ook wel remise kon maken. Ik deed 61.Tb3, waarna zwart het nog 45 zetten probeerde. Leon begreep er echter niks van en ik hoorde hem achter m'n rug met grote passen wegstampen. Hij luchtte zijn hart bij mijn ouders, die ook niet wisten wat ze ermee aanmoesten.

Na dit incident was ik teleurgesteld in Leon dat hij mijn integriteit in twijfel had getrokken. Als toeschouwer heb je geen last van emoties en met enige vorm van resultaatsdruk. Als je zelf bezig bent is het hele andere koek. Mijn redding was dat deze stelling erg eenvoudig is en dat wit - ondanks zijn passieve toren - altijd nog wel eenvoudig remise kan maken. Daardoor werd ik niet zo geraakt door Leons gedrag, maar de vraag blijft: waar was dan al die drukte voor nodig?

Opmerkelijk was dat zelfs Coen een keer op z'n kop kreeg, toen hij een goede stelling zag veranderen in een slechte en uiteindelijk nog verloor.

"Als je niet naar dameruil hebt gekeken, dan is er iets helemaal mis met je!", brulde Leon. En ook nu gold dat de wedstrijd allang was beslist, ditmaal in Bussums voordeel. 

De vraag is dus wat Leon bereikt met dergelijke opmerkingen. Aantonen dat wij (2100-spelers) niet kunnen schaken? Dat weten we zelf ook, maar dan geldt: doe er iets aan, of zeur er niet meer over.

Miscommunicatie
Een tweede aspect dat vaak misgaat bij een teamwedstrijd, is de communicatie. De tussenstand moet eigenlijk te allen tijde zichtbaar zijn, zodat je weet of je in tijdnood remise mag aannemen, of dat je moet doorspelen. Iedere seconde die je nodig hebt om dat uit te zoeken, kan fataal zijn.

In het geval van Le was er ook sprake van miscommunicatie. "Er is maar één zet" is niet echt een duidelijke aanwijzing. Teamwedstrijden zijn te belangrijk om met cryptische omschrijvingen te komen. Iets brommen als "Doorgaan!" is veel duidelijker. Hierbij speelt het niveau van de spelers echter wel een rol. Voor Leon zou het logisch zijn om door te spelen tegen iemand met ruim 100 elopunten minder, maar voor Le, met 100 elopunten minder, is dat toch een ander verhaal. In ieder geval speelt het gevoel hierbij een belangrijke rol. Soms sta je objectief gezien prima, maar voel je je niet helemaal op je gemak in de stelling. Dan is een remise vaak een verstandige uitweg.

Informatie geven over andermans partij
Een onderwerp dat hiermee nauw samenhangt, is het praten over andermans partij. Dat is volgens mij niet eens toegestaan. In het geval van afgelopen zaterdag zou Leons cryptische opmerking een aanwijzing kunnen hebben bevat. Stel dat Le de zet ...d4 niet had gezien, dan had hij die zet na Leons opmerking misschien wel gevonden. Nu is dit voorbeeld nog onschuldig, maar er zijn situaties denkbaar waarbij een dergelijke opmerking wel degelijk een belangrijke aanwijzing had kunnen geven.

Een berucht voorbeeld waarbij een dergelijke opmerking alleen maar schade berokkende, was in de wedstrijd BSG 2 - Zeist 2, nog in de promotieklasse. De discussie was op Utrechtschaak te volgen, waar Martijn Benschop zijn verhaal deed. Het ging zo: Bert Kieboom had aan bord 2 binnen een uur verloren, waarna hij maar de zaken van de teamleider overnam. Als stand-in-teamleider mocht hij zich ontfermen over het remiseaanbod dat Martijn Benschop kreeg aangeboden. Hij wilde het dolgraag aannemen, maar Kieboom zei dat hij moest doorspelen, omdat hij beter stond. Een paar zetten later gaf Benschop een pion weg, waarna hij zich meteen overgaf. Om het nog leuker te maken, maakte Remmelt Otten, de echte teamleider, er in het verslag van dat hij een toren had weggegeven. Dit werd echter in het volgende clubblad gerectificeerd, maar er was toch een breukje ontstaan. Een jaar later was Benschop weg. Ik wil hiermee niet beweren dat beide acties verband houden met elkaar.

Informatie geven over een partij is not done. Je kan je voorstellen dat een sterke schaker zegt: "Je staat gewonnen" en dat de zwakkere schaker dan ineens ook de toevallige combinatie ziet die in de stelling zit. In dat geval heeft het dezelfde uitwerking gehad als voorzeggen.

Persoonlijke noot
Ik wil afsluiten met hoe ik zelf denk dat het zou moeten. Aan de ene kant vind ik het fijn dat Leon zo betrokken is, aan de andere kant ondermijnt hij mogelijk wel het zelfvertrouwen van sommige spelers. Bij Emile heeft dat een zeer duidelijke negatieve invloed gehad.
Daarnaast vind ik dat Leon niet echt recht van spreken heeft. In de wedstrijden waarin hij teamgenoten op hun zwakke spel wees, leverde hij zelf ook geregeld een wanprestatie. Tegen de Eenhoorn speelde hij zelf gauw remise, tegen Voerendaal verloor hij en tegen VAS, toen hij tegen Coen uitviel (wat overigens wel grappig was), was hij zeer goed weggekomen met een remise tegen Hartoch. Alleen tegen de Schaakmaat won hij, nadat hij door het oog van de naald was gekropen. "Wie zijn eigen tuintje wiedt, ziet het onkruid van een ander niet", zullen we maar zeggen.

Ik denk dat het een tip is voor meer BSG'ers. BSG 1 mag dan wel een team zijn, maar je bent toch individueel bezig; je moet wel je eigen man voorbij komen. Daar moet alle energie in gaan zitten. Verder is het geen slecht idee om één of meer sterkere spelers aan te stellen om - wanneer ze zijn uitgespeeld - de teamleider te assisteren. Als we met 6-0 voorstaan, dan is dat niet zo hard nodig, maar in spannende wedstrijden, zoals afgelopen keer, kan het net een beslissend halfje schelen. Dan kun je je als speler op meerdere manieren nuttig maken. Ja, schaken is een echte teamsport.

Gerelateerde artikelen:

07-02-2010

Koploper na gelijkspel


Ongelukkig gelijkspel BSG tegen de Eenhoorn

Op een erg mistige zesde februari ging BSG op bezoek bij degradatiekandidaat de Eenhoorn. Zij stonden net boven de degradatiestreep en het was natuurlijk de bedoeling om te laten zien waarom wij volgend jaar in de meesterklasse gaan spelen en zij in de tweede klasse. Maar de verschillen zijn klein in onze klasse. Daarnaast zijn de prestaties van BSG buitengewoon grillig te noemen: degradatiekandidaat Utrecht 2 werd met 8½-1½ opgerold, twee maanden later was degradatiekandidaat Unitas met 3½-6½ te sterk. Hoe kan dat toch, vraag je je dan af.
Tegen de Eenhoorn zag het er lange tijd redelijk goed uit. Op de meeste borden leek het wel goed te gaan, waardoor een middelgrote zege er wel in leek te zitten. Toch mocht BSG uiteindelijk nog bijna blij zijn met het punt.

Voor het eerst sinds lange tijd gingen we met de auto op pad. De eindbestemming was Hoorn, een plaatsje aan de westoever van het IJsselmeer. De auto werd geparkeerd op een parkeerterrein bij een supermarkt of zo, waarna we maar naar een gebouw liepen van de kookclub de Eenhoorn of iets in die richting. De schaakclub bleek een deur verder te zitten, in een soort kleuterschool, waar ook nog kunstzinnige activiteiten voor jonge kinderen werden georganiseerd.
We werden doorverwezen naar de speelzaal, waar de DGT-borden ons stonden op te wachten. Ton vond het er maar koud en al kleumend stonden we te wachten op Le en La, die we nog niet hadden gezien, en op het moment dat het twaalf uur was, de tijd dat de wedstrijd zou beginnen.

De wedstrijd begon echter zeven minuten later dan gepland. Moesten wij weer per se een uur eerder opstaan dan anders en dan begint de wedstrijd zeven minuten te laat. Dat kan natuurlijk niet. ;)
Zelf zat ik aan bord vier, tussen Leon (3) en Ewood (5) in. Hun tegenstanders (Bonte man en Doggers) kende ik wel, ik had alleen geen idee tegen wie ik zat te spelen. Ik herken die gezichten niet zo. Ik bleek tegen Arne Moll te spelen, de man die twee jaar geleden bij een 4½-4½-stand van Large verloor in de wedstrijd BSG - Euwe (!).
BSG speelde zonder kopman Berelowitsch, voor hem in de plaats speelde onze IM met snor Frans Borm. Bij De Eenhoorn speelde hun sterkste man Mark van Ojik niet mee. Hij werd vervangen door Holger Bonte, maar die speelde slechts aan bord 10. Kortom: BSG moest dit wel kunnen winnen. Omdat de opstelling enigszins "tactisch" was, waren de grootste klappers te verwachten aan de lagere borden, die Large, Ton en Ptr hadden bezet. BSG had echter nog steeds een ratingvoordeel aan de hoogste borden, dus ook daar verwachtte ik weinig problemen.

Zelf kreeg ik een rare opening tegen me: 1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Pc3 Pf6 4.Lb5 Pd4!? 5.Ld3?! Pxf3+ 6.Dxf3. Ik kreeg een stelling die me wel beviel, zeker toen wit met h3 en g4 op kwam zetten. Ik kwam prima uit de opening. Naast me speelde Leon iets heel saais. Hij stond vrij slecht, waarna hij maar zetten ging herhalen. Een kleine domper, want van Leon met wit had ik wel een punt verwacht. Ondertussen speelde FM Henk aan #1 ook een vrij saaie remise, terwijl Ton ging hakken, maar daarvoor - naar eigen zeggen - het verkeerde paard gebruikte. Nu kwam hij niet verder dan een korte remise, hoewel wit het in de slotstelling toch nog zou kunnen proberen, lijkt me.
De tussenstand was dus 1½-1½ en BSG had al drie voorzetten verspeeld. Gelukkig deed Ewood wat terug. Hij versloeg Peter Doggers vrij gemakkelijk. In de Worrall won hij met een simpel grapje een pion. Vervolgens werd het een beetje rommelig en had zwart ineens het loperpaar tegen een toren en wat pionnen. De computer was niet overtuigd van wits stelling, maar in de partij kreeg Ewood de helpende hand van zijn tegenstander, waardoor hij met een paar rake zetten het punt binnen kon halen.

BSG gaat de mist in
Ondertussen was het bij mij ook spannend geworden, veel spannender dan nodig was. Wits vastgelegde pionnen op de koningsvleugel werden ineens een machtig wapen. Ineens was de partij aan het kantelen van voordelig voor mij in kansrijk voor wit. Ik moet zeggen dat ik ook allemaal rode plekken heb op de huid achter mijn oren. Gelukkig voor mij miste hij een kans, waarna ik in de volgende stelling kwam:


A Moll - J de Groote We hadden allebei nog zo'n tien à vijftien minuten voor tien zetten. Dat is in deze stelling nog niet zo makkelijk spelen. Zwart heeft zojuist op h4 gepakt, waardoor hij een pion meer heeft. Zijn koning staat echter onveilig en wit heeft een vrijpion op f7. In deze stelling "dreigt" wit op a7 te slaan, waarna zwart de pion op b7 weer moet dekken. Ik had echter een aardige redding gezien. 30...d5 31.Dxa7? Dg4+ en dan faalt het "veilige" 32.Kc1 op 32...Dg7! met matdreiging op a1. Ik kwam echter op de fatale gedachte om de zetten om te draaien. Na 30...Dg4+? 31.Kc1 d5? 32.Tf6! dreigt er ineens mat op h6. De enige fatsoenlijke zet is dan 32...Dg7, maar na 33.Df4 staat zwart zo goed als pat. Er dreigt bovendien 34.Df5+ en daar is weinig meer tegen te verzinnen. En ja, het mat op a1 is ook nog eens verhinderd...

Een zure nederlaag, maar wel eentje waar ik het nodige van heb kunnen leren. Ik ging nog wat analyseren met m'n tegenstander. Ewood en Ton hadden m'n partij eveneens gevolgd en maakten me even later duidelijk waar ik het beter had kunnen doen. Voor m'n gevoel was mijn goede stelling omgeslagen naar een slechte, waardoor ik te pessimistisch was over m'n stelling en daardoor speelde ik te verdedigend. Hierdoor heb ik de voordelige eigenschappen van mijn stelling onvoldoende benut.

Na de analyse stond de eindstand al bijna op het scorebord. Wat was er allemaal gebeurd? Frans Borm had een stuk gewonnen en schoof het eindspel rustig uit. Daar stond helaas wel een nul van Large tegenover. Hij is met 2 uit 6 hard op weg zijn score in zijn meesterklassejaar te ondertreffen. "Ik ben beter tegen goeien", bralde hij. Ik had er na de opening wel vertrouwen in. Hij had zijn Pirc weer eens van stal gehaald en zijn tegenstander moest lang nadenken. In de tijdnoodfase verloor hij echter wat houtjes en had hij een dode loper op h8.
Positiever was het resultaat van Coen. Hij speelde weer heel slecht en nadat hij tevergeefs had geprobeerd om remise te maken door eeuwig schaak, had zijn tegenstander eenvoudig mat kunnen geven:


C van der Heijden - J Edeling Wit had zojuist 26.Pe4-g3 gespeeld, om het mat op h2 te verhinderen. Zwart kan desondanks eenvoudig winnen, ziet u het ook? Tip: nu gaat wit mat op f2. Zwart speelde echter a tempo 26...Tf1+????? De slechtste zet die ooit is gespeeld in de eerste klasse. Na 27.Pxf1 ontdekte de zwartspeler geschrokken dat het geplande 27...Dxh2+ faalt op 28.Pxh2. Tot zijn geluk kon zwart de schade beperkt houden door 27...Dxg6, waarna hij een slecht eindspel moest verdedigen.    

Overwinning uit zicht voor BSG
De stand was dus 4-4 en Le stond gewonnen tegen Daan Zult. In tijdnood had hij echter een toren laten opsluiten in de vijandelijke stelling. Na het terugofferen van de kwaliteit bleef het eindspel goed voor hem, maar besloot Le - in overleg met EB - remise aan te bieden, want Ptr zou winnen.

Ptr had namelijk twee pluspionnen in een partij die het daglicht echt niet kan verdragen. Met nog een paar seconden op de klok persten hij en zijn tegenstander er werkelijk waar de krankzinnigste zetten uit. Gek genoeg hadden de blunders elkaar in evenwicht gehouden, want Ptr bleef goed staan. Vervolgens liet hij zich echter lelijk terugdringen, wat de winst bemoeilijkte. Om het nog erger te maken had hij amper tijd meer. Gelukkig vervlakte de stelling en juichte Piet Ootes (vader van) al een vreugdedansje. Hij zag Ptr al winnen tegen "zijn" club. Het was niet zo simpel en uiteindelijk werd er maar tot remise besloten.

Afloop
Ondertussen zat Leon Pliester te koken van woede. Hij was letterlijk flauwgevallen toen hij vernam dat Le remise had gespeeld. Al schuimbekkend verliet hij het pand, waarna hij met zijn stadsgenoot Coen gezellig terugreed.

Ook de andere BSG'ers dropen af. We reden achter de ouders van Le en La aan, want die kenden nog wel een goed restaurant. Daar werden we bediend door ene "Roos", die tig keer bij ons langskwam en dan vaak niet om een bestelling op te nemen. Het duurde allemaal ontzettend lang, dan weer omdat Ptr zijn voorgerecht heel traag zat op te eten, dan weer doordat de kok nogal traag was. Het eten mocht er wel zijn, ik kreeg een enorme pizza, waarvan ik een kwart moest laten staan. De meesten konden na het hoofdgerecht geen "pap" meer zeggen, toch nam iedereen een nagerecht. Ik niet, ik vond dat ik consequent moest zijn.

Op de terugweg werden we geplaagd door een enorme file, die was ontstaan doordat drie rijstroken waren afgezet. Toch wel vreemd. Overdag kun je zo doorrijden, maar om half twaalf 's nachts maak je deel uit van een enorme blikken slang. Dan verbaas je je wel over het grote aantal auto's dat rond dat tijdstip nog op de weg is.

Al met al had de wedstrijd wel enige overeenkomsten met de wedstrijd tegen Purmerend, alleen was het nu iets verder weg. Er had alleen veel meer ingezeten. Toch konden we uiteindelijk nog lachen: Zukertort verloor met 4½-5½ van Caïssa. Het veld zit echt heel dicht bij elkaar. BSG heeft momenteel een half bordpunt meer dan Zukertort, maar Purmerend, dat nu vijfde staat, kan de koppositie weer overnemen als ze de inhaalwedstrijd tegen Unitas winnen. Bovendien heeft de ploeg uit Amsterdam-Noordoost een relatief licht programma, hoewel dat weinig zegt.
Over vier weken speelt BSG thuis tegen Zukertort. Als we die wedstrijd winnen, hebben we nog steeds goede kansen op promotie. Ongelooflijk, na zoveel misslagen!

Uitslagen

De Eenhoorn [2144] - BSG [2222] 5-5
1. H Visser [2240] - H van der Poel f [2251] ½-½
2. S Broersen [2051] - F Borm m [2348] 0-1
3. M Monteban f [2246] - L Pliester m [2361] ½-½
4. A Moll [2170] - J de Groote [2124] 1-0
5. P Doggers [2224] - E de Groote [2249] 0-1
6. D Zult [2241] - Le Ootes [2088] ½-½
7. J Edeling [2120] - C van der Heijden [2059] ½-½
8. R Deen [2105] - La Ootes [2400] 1-0
9. A Langedijk [2070] - T van der Heijden [2276] ½-½
10. H Bonte [1970] - P Drost [2065] ½-½

Gerelateerde artikelen:

04-02-2010

Het verval van een subtopper


Waar is Heerenveen nou helemaal mee bezig?

Jarenlang was SC Heerenveen een stabiele subtopper in de Eredivisie. Het was een ploeg die niet onaardig voetbalde, het de topclubs moeilijk kon maken en geregeld meespeelde in Europa. Hoe anders gaat dat dit seizoen. Heerenveen speelde eind vorig jaar nog in de Europa-League, waarin het niet eens onverdienstelijk presteerde, gezien de resultaten in de Eredivisie. Want al vanaf het begin ging het slecht met de Friese club. In de strijd om de Johan Cruijff-Schaal werd met maar liefst 5-1 verloren van AZ, vervolgens kreeg Heerenveen oorwassing na oorwassing in de competitie.

Dat leidde op 31 augustus tot het ontslag van Trond Sollied, de man waarmee ze nota bene de KNVB-beker hadden gewonnen. Inmiddels is het duidelijk geworden waarom hij weg moest, hij maakte er een enorme puinhoop van. De nieuwe trainer was Jan de Jonge, maar hij hield het vijf maanden vol.

Waar bijvoorbeeld FC Groningen zich in dit jaar herstelt van een belabberde eerste seizoenshelft, gaat het bij Heerenveen van kwaad tot erger. Hieronder een overzicht:

16-01 PSV thuis 1-3 (Beker)
20-01 FC Groningen uit 0-2 (EDV)
23-01 Willem II thuis 4-2 (EDV)
30-01 ADO uit 1-2 (EDV)
02-02 VVV uit 1-3 (EDV)

Van de nummer 17 Willem II werd in de slotfase een 1-2-achterstand omgebogen in een 4-2-overwinning, maar vervolgens ging het tegen ADO mis. Heerenveen stond met 0-1 voor, toen ene Jan Maat vlak voor rust zijn tweede gele kaart pakte. Ook JdJ werd van het veld gestuurd. Vanaf de tribune zag hij hoe Heerenveen de gewonnen wedstrijd alsnog uit handen gaf. De 2-1 had Kevin Blom, de scheidsrechter, echter moeten afkeuren, want een Heerenveenspeler werd op zijn bek gelegd toen hij de bal van de doellijn wilde halen. Maar het was logisch dat Blom die treffer niet afkeurde, want hij vond het maar wat leuk dat ADO ging winnen. Een getergde Bak Nielsen* deed zijn verhaal en dat verscheen netjes in de treinkrantjes.

Zelfs de scheidsrechters keren zich dus tegen Heerenveen en dan nog veel opzichtiger dan vorig jaar tegen Roda. Toen stond Veld van Harmhoven na iedere verloren wedstrijd weer te jammeren dat zijn ploeg was benadeeld, waarna hij met bizarre complottheorieën aankwam. Roda moest degraderen, want Kerk Rade zou te ver weg liggen, zo stelde hij. Zou dat voor Heerenveen ook gelden?

In de wedstrijd tegen VVV vergisten de Heerenveenverdedigers zich in de rugnummers. 17 en 27 lijken ook zo op elkaar in het Fries. Overigens weet ik niet of ze daarbij in verwarring waren met hun eigen nummers, of met die van de VVV-aanvallers. Die Callabro had zo te zien ook nummer 27... Hoe dan ook, door het amateuristische gestuntel kon VVV in een kwartier een 3-0-voorsprong nemen, genoeg voor de winst. Dat Heerenveen het restant van de wedstrijd nog met 0-1 won, deed daar niks aan af.

Door de tweede nederlaag tegen een degradatiekandidaat (hoewel VVV een stevige middenmoter is), is Heerenveen afgezakt naar de 13e plaats. Erger is dat de nummer 17, Willem II (!), maar drie punten minder heeft. Sterker nog: Willem II heeft zelfs een iets beter doelsaldo, kortom: Heerenveen is echt een staartploeg geworden. Reden voor Jan de Jonge om ermee te nokken.

Daarmee zal Heerenveen een derde trainer moeten aantrekken voor dit seizoen. En dat terwijl er dit jaar maar weinig trainersmutaties zijn in de Eredivisie. Slechts Dwite Lodeweges stapte op bij NEC, maar daar is het verder wel bij gebleven. Dit voetbalseizoen is in alle opzichten erg rustig. In de afgelopen transferperiode wisselden maar 95 spelers in Nederland van club, tegen 153 vorig jaar, aldus De Pers. Opmerkelijk, want vorig jaar stond in het teken van de Hypocrietcrisis. Overigens was de neergang in de Premier League nog veel groter: dit jaar gaven de clubs 30 miljoen pond uit aan nieuwe spelers, 140 miljoen (!) pond minder dan vorig jaar. Het lijkt er dus op dat de financiële crisis vorig jaar nog maar een beperkt effect had.

Voor Heerenveen is het te hopen dat de rust gauw terugkeert, want alleen in een stabiele omgeving kunnen goede prestaties worden neergezet, zo weet Ajax. Na het merkwaardige vertrek van Gertjan Verbeek is het rap bergafwaarts gegaan. De clubleiding zal zich daarover ook nog wel eens achter de oren krabben, want Verbeek doet het nu prima bij Heracles. En dat terwijl Heerenveen waarschijnlijk het resterende seizoen veroordeeld is tot het leveren van een achterhoedegevecht. De nacompetitie komt steeds nadrukkelijker in zicht. Wie had dat vorig jaar nog kunnen denken?

*Vreemd genoeg schrijft het ANP de naam met een streepje ertussen. Na-apers!

Gerelateerde artikelen:
Schuldbewuste Jol; 01-10 2009

01-02-2010

Voorjaarsaankondiging


Nog steeds druk

Het voorjaar is - al hortend en stotend - begonnen. In de aanloop tot de zomer komen een hoop dingen op mijn pad. Desondanks zal ik wat "proefballonnetjes" oplaten, ofwel ideeën voor nooit eerder vertoonde evenementen. We hebben natuurlijk maar een beperkte tijd op deze aardbol en iedereen zal de neiging hebben zijn nut te optimaliseren, maar helaas is het praktisch onmogelijk te achterhalen wat de opportunitycosts zijn. Nog steeds vrees ik dat ik de leukste ideeën heb om mijn jeugd mee te vullen als ik echt oud ben. Dat heb ik nu al. Wat was ik vroeger toch eigenlijk een prutser, denk ik dan. Wel slim genoeg om VWO te doen, maar niet slim genoeg om het mezelf daarbij ook makkelijk te maken. Ofwel, wat ik wilde zeggen: kom met ideeën voor nog meer proefballonnetjes.

Allereerst het "noodzakelijke kwaad". Het eind van de schaakcompetities komt in zicht. Over twee en een halve maand weten we of we promoveren, of nog een jaartje in de eerste klasse blijven. Daarbij ga ik er voor het gemak maar vanuit dat we niet zullen degraderen.

De data zijn:
6 februari, De Eenhoorn - BSG
6 maart, BSG - Zukertort (ik zou alvast kaartjes kopen)
27 maart, Caïssa - BSG
17 april, BSG - Vianen/DVP (slotronde in Groningen)

Ik weet nu eindelijk waar dat Vianen ligt. Het is niet de plaats die tot 2002 in het zuidoosten van Zuid-Holland lag, en sindsdien in de provincie Utrecht, maar een gehucht in het noordoosten van Brabant, een kilometer of zes van de dichtstbijzijnde grens. Met dank aan Google Earth!

Daarnaast kom ik nu bij de ontknoping van drie jaar Aarde en Economie. Eind april heb ik een veldwerk in Oostenrijk. De exacte data weet ik niet meer. Bovendien is de voorlichting erover uitgesteld. Tot het einde van het schooljaar zal ik bezig zijn met de zgn. "Bachelorthesis". Dat lijkt me heel spannend. Ik hoop een dijk van een verslag te kunnen schrijven, maar ik heb geen idee of dat zal lukken. Het studiejaar zal rond de juni-juliovergang zijn beëindigd. Hopelijk heb ik het dan wel gehad, maar wie weet loopt het uit. Ik denk dat ik sowieso nog wel aan de bak moet (eind) augustus, maar dan met hertentamens leren.

Schaakkamp
Deze onzekerheid ontneemt me de mogelijkheid en lust tot het spelen van veel schaaktoernooien. Vorig jaar speelde ik twee toernooien, maar om nou te zeggen dat dat super ging... Toch zette het me aan het denken. Wat dachten jullie van een Schaakkamp? Mij leek het een idee om bijvoorbeeld een week lang alleen maar met schaken bezig te zijn, bijvoorbeeld als aanloop voor Dieren. Oefening baart kunst en op het moment dat schaken hetzelfde is als ademen, dan kunnen we mooie resultaten behalen. Dat is zeker belangrijk voor als we onverhoopt meesterklasse spelen, maar als we niet promoveren, moeten we ook een keer op het niveau komen dat we kunnen promoveren.
Het kamp zou misschien bij ons thuis gehouden kunnen worden. Hoe de dagen er precies uit zullen gaan zien, weet ik niet. Ik denk aan een informatie-uitwisseling en verder gewoon veel met schaken bezig zijn, schaakprikkels krijgen. Ik hoop dat enkele briljante schakers komen, zoals VR en Ton van der Heijden, of Large en Ewood. We zijn slim zat om in de meesterklasse te komen, maar dan moeten we die kennis bundelen. Dan zijn we bovendien niet meer zo afhankelijk van gesponsorde spelers.

Karten
Verder lijkt het me leuk om weer eens te gaan karten. Ik heb weer zin om het stuur op te vreten. Wat me overigens al heel lang erg leuk lijkt, is om een formule 1-spel te maken. Helaas kan ik dat niet, maar ik heb wel inspiratie. Helaas zijn veel F1-spellen tegenwoordig voor de Play Station, vanwege licentiegedoe. Van de oude spellen is GP4 een erg mooi spel, maar daarbij ontbreekt het echte racegevoel. Dat heb ik wel bij F1 2000, maar dat spel is niet zo realistisch. Verder heb ik nog eens dat F1-Challenge of zo gedownload, maar die auto's zijn onbestuurbaar. Het laatste racespel dat ik heb gespeeld was dan ook NFS Porsche. Ik wil dus weer een keertje echt sturen. Ik denk dat ik een van de snellere rijders ben zonder rijbewijs.

Verder
En verder... De KNSB-bekercompetitie en de Internet-clubcompetitie zullen ook weer doorgaan. Overigens kwam vandaag (officieel) de nieuwe ratinglijst uit. Ik kan me voorstellen dat een aantal mensen er niet zo blij mee was. Eén van die zeikerds ben ik. Mijn winsten in de beker en in de laatste ronde van de KNSB-competitie zijn nog niet meegeteld. Lennard berekende dat hij ruim vijftig punten zou stijgen, hij moest het doen met vier punten. Tja, toernooien die niet meetellen... Natuurlijk zal hij de punten wel krijgen, maar daar wacht je liever niet op. Overigens ziet de ratinglijst voor BSG 1 er zo uit:

1. A Berelowitsch 2536 (2552)
2. La Ootes 2400 (2417)
3. L Pliester 2361 (2357)
4. F Borm 2348 (2335)
5. T van der Heijden 2276 (2269)
6. H van der Poel 2251 (2245)
7. E de Groote 2249 (2250)
8. J de Groote 2124 (2120)
9. Le Ootes 2088 (2084)
10. P Drost 2065 (2084)
11. C van der Heijden 2059 (2092)

In de meeste gevallen dus verschuivingen van slechts enkele punten, veroorzaakt door wat KNSB-wedstrijden. Nu moet ik nog een paar wedstrijden mijn uiterste best doen, voor een personal high op de ratinglijst van mei.

Nou, dat was het dan weer...

Gerelateerde artikelen:
Najaarsagenda; 01-08 2009