Training veelbelovende jeugdspelers
Voor de vakantie werd mij gevraagd iets voor het jubileumboek te schrijven. Vanwege alle vakantiedrukte was ik het bijna alweer vergeten. Inmiddels is de vakantie bijna weer voorbij en heb ik me de afgelopen dagen gestort op mijn taak. Het stukje moest gaan over de training van jongere (veelbelovende) spelers. Het moest dus gaan over de trainingen van Leon Pliester. Helaas kan ik me weinig meer van de trainingen herinneren. Daarom hieronder het stukje wat ik tot dusver heb.
Verder vind ik het wel een aardig stukje, maar ik hoop dat iemand nog wat inhoudelijke aanvullingen kan geven. Verder had ik het idee dat het stukje misschien wat te negatief is. Kan iemand nog wat zinnen in "hoerastijl" herformuleren?
Vijf jaar Leon Pliester
Het was de zomer van 2004. Het was zowel overdag als 's nachts bloedheet tijdens het Open Nederlands Jeugdkampioenschap (ONJK) in Hengelo. Zelfs in de kelder van het huisje waar we overnachtten was het amper uit te houden. Hier hoorde ik voor de eerste keer de naam Leon Pliester. Peter Drost vertelde enthousiast de mooiste verhalen over de nieuwe trainer. De enorme collectie anagrammen is me hiervan nog het meeste bijgebleven.
In het begin van het schaakseizoen kreeg ik de trainer dan ook echt te zien. Hij zou Peter, Ewoud en mij les gaan geven. Het was natuurlijk de bedoeling dat we uiteindelijk vaste spelers van BSG 1 zouden worden. Ewoud was al vaste speler van het eerste; hij was bij de Baarnse SV weggeplukt, waarvoor hij jarenlang in de SGS-competitie speelde. Bij BSG kon hij meteen op een veel hoger niveau spelen. Peter heeft altijd voor BSG gespeeld in de externe competitie. Hij had zelfs al een aantal keren ingevallen in BSG 1 en dat deed hij niet onverdienstelijk. Hij speelde echter nog voor BSG 2, net als ik.
De trainingen werden in het begin bij Tom de Ruiter thuis gegeven. Er stond een tafel opgesteld met drie schaakborden. Vaak stonden er interessante stellingen op het bord, die bij navraag van het correspondentieschaak afkomstig bleken. De trainingen gingen vaak over het eindspel, een onderdeel dat Leon goed beheerst. Daarnaast kwamen er ook openingen en middenspelen met rare materiaalverhoudingen aan bod.
Zeker in het eerste jaar was ik onder de indruk van het denken van zoxe2x80x99n sterke speler. Het was een heel verschil met hoe ik het spelletje benaderde. Ik was iemand die schaken meer zag als ganzenbord of monopoly. De ene keer won je, de andere keer verloor je. Door Leon ben ik het spel wetenschappelijker gaan benaderen. Hij was constant op zoek naar de overwinning en daardoor was hij in staat kleine voordeeltjes om te zetten in volle punten. Het onverzettelijke werkte inspirerend.
De trainingen en de inbreng van Leon ten spijt, BSG 1 degradeerde dat seizoen uiteindelijk bijzonder onfortuinlijk naar de tweede klasse. De oude meesters besloten het team de rug toe te keren, waardoor BSG 1 enorm afslankte. Hierdoor kreeg Peter, die een zeer goed seizoen had gedraaid in BSG 2, een kans in het eerste. Ik had een matig jaar in BSG 2, waardoor ik ook maar voor dit team bleef spelen. Heel erg was dat niet, want het tweede was juist naar de landelijke competitie gepromoveerd, waardoor het verschil tussen BSG 1 en 2 nog maar één klasse was. Op voorspraak van Leon viel ik de eerste wedstrijd tegen Almelo in. Ik werd de eerste invaller en daardoor heb ik uiteindelijk net zoveel partijen voor BSG 1 als BSG 2 gespeeld.
In 2006 vond een belangrijke gebeurtenis plaats. Ik deed mee aan het Persoonlijk Kampioenschap van de SGS, waar ook Lennart Ootes aan meedeed. Hij is twee jaar jonger dan ik, maar hij was ongeveer van mijn niveau en er gebeurde iets verrassends: we raakten in gesprek. Hij wilde hogerop komen en het leek hem wel wat om naar BSG te komen. Zijn broertje Lars zou eventueel ook meekomen. Het was een prachtig moment. BSG 2 was van een chronisch spelertekort af en BSG had er weer een paar jeugdspelers bij.
Het werd zelfs nog leuker toen ook de twintigers Jarno Witkamp en Ashley Krishnasing bij BSG gingen spelen. Jarno was bezig met de jonge BSG-jeugd, terwijl Ashley in de externe competitie meespeelde. Ze werden eveneens uitgenodigd voor de training, die nu met zeven man (!) wel erg druk werd. De trainingen werden nu "centraal"bij ons thuis gehouden, waar mijn moeder altijd haar uiterste best deed om iedereen van een drankje te voorzien. Vaak verschenen de koekjes - en anders de katten wel - in de loop van de training op tafel, waarna het helemaal een jolige boel werd.
BSG 1 was in het seizoen 2006-2007 lekker op weg om alsnog naar de eerste klasse te promoveren, maar BSG 2 deed het niet best. Vooral Lennart had vaak behoefte aan een bespreking van zijn verloren partij van de vorige ronde. Verder waren de trainingen een soort voorbereiding op de KNSB-wedstrijden, want ze werden doorgaans op de woensdag voor de wedstrijd gegeven.
Helaas was het na één seizoen alweer gedaan met de gezellige lessen. Peter had steeds minder tijd vanwege zijn opleiding als piloot, Ashley vertrok bij BSG en Jarno kwam bijna nooit op de les. Hierdoor waren alleen de families De Groote en Ootes over bij de training. De broederrivaliteit leidde tot merkwaardige momenten, zoals Ewoud die een keer uit het niets tegen mij zei: "Mag jij aan de stukken komen, hondekop?" Daarnaast werden er geregeld "verschillen in strategisch inzicht" uitgevochten tussen de gebroeders.
De laatste jaren had Leon vaak de hond van zijn moeder mee; Whisky. Op de trainingen waren onze katten niet zo blij met haar, tijdens de wedstrijden klaagden sommige schakers erover. Zo werd het beestje in de meesterklassewedstrijd tegen HMC naar de analysezaal verbannen. Prompt werd Whisky tot mascotte van BSG 1 gepromoveerd.
Na een leerzaam meesterklassejaar kwam er helaas een eind aan de trainingssessies. Vanwege de studies raakten we steeds meer over het land verspreid, waardoor de trainingen niet meer goed te organiseren waren. Momenteel krijgen Lars en Ewoud training van Aleksandar Berelowitsch.
Alle ideeën zijn welkom!
4 opmerkingen: